ONTWERPBESLUIT.
De Raad der gemeente Breda;
gezien het desbetreffend voorstel van Burgemeester en
Wethouders dd. 7 Juni 1938, No. 1/1648;
besluit:
vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van
de Verordening, regelende de voorwaarden voor de levering
van electriciteit voor verlichting, beweegkracht en andere
doeleinden door de gemeente Breda (Gemeenteblad No. 297).
Artikel I.
Aan artikel 11 wordt een vijfde lid toegevoegd van dezen
inhoud:
,,5. Voor alle andere meters dan de onder 2, 3 en 4 be-
.doelde en voor soortgelijke apparaten, alsmede voor de daar-
.bij behoorende schakelklokken en dergelijke benoodigdheden
,,kan door Burgemeester en Wethouders een huurprijs wor
gden vastgesteld.
Artikel II.
Artikel 30 wordt gelezen:
,,Aan ieder, die handelt in strijd met een der bepalingen
,,van deze verordening of van eenige daaruit voortvloeiende
overeenkomst, dan wel misbruik maakt van een door de
„gemeente bij hem geplaatsten meter of eenig ander apparaat
„kan, onverminderd andere maatregelen, voor elke overtre
ding door de directie een boete worden opgelegd van ten
„hoogste 100.
Artikel III.
Aan het eerste lid van artikel 31 wordt een punt f. toege
voegd van dezen inhoud:
„f. blijkt, dat misbruik is gemaakt van een door de ge-
„meente geplaatsten meter of eenig ander apparaat.'
Artikel IV.
Artikel 32 wordt gelezen:
„Gedurende een termijn van vier weken kunnen belang
hebbenden bij Burgemeester en Wethouders bezwaren in
dienen tegen een beslissing van de directie.