D.
ONTWERPBESLUIT.
Artikel I.
De Raad der gemeente Breda;
gezien het desbetreffend voorstel van Burgemeester en
Wethouders d.d. 7 Juni 1938, No. 1/1648;
besluit:
vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging
van de Verordening, regelende de voorwaarden voor de
levering van gas over den gewonen meter en over den munt
meter binnen de gemeente door het gemeente-gasbedrijf te
Breda (gemeenteblad No. 275):
Artikel 29 wordt gelezen:
,,De directie is bevoegd, onverminderd het in art. 19 be
haalde, zonder voorafgaande waarschuwing, den toevoer
„van gas te doen verbreken, indien:
„1. aan de dienstleiding, de hoofdkraan of den meter
„schade is toegebracht;
„2. de toegang tot de vertrekken of andere plaatsen van
„een aangesloten perceel aan het personeel van het gemeente-
„gasbedrijf wordt geweigerd;
„3. de bepalingen van deze verordening of van eenige
„daaruit voortvloeiende overeenkomst door den verbruiker
„niet worden nageleefd;
„4. indien blijkt ,dat gelegde zegels geschonden of ver
broken zijn;
„5. indien blijkt, dat misbruik is gemaakt van een door
„de gemeente geplaatsten meter of eenig ander apparaat."
Artikel II.
Na artikel 29 wordt ingelascht een art. 29a van dezen
inhoud:
„Aan ieder, die handelt in strijd met een der bepalingen
„van deze verordening of van eenige daaruit voortvloeiende
„overeenkomst, dan wel misbruik maakt van een door de
„gemeente bij hem geplaatsten meter of eenig ander apparaat
„kan, onverminderd andere maatregelen, voor elke overtre-