1. tot het verleenen van een crediet, groot f 25.245,-,
voor het aanschaffen van vuilnisemmers
- 3
No. 159
volgende neerkomt en waarmede de verordening op de
heffing van rechten voor diensten der gemeente-reiniging,
vastgesteld bij Uw besluit van 2 October 1936 en opge
nomen in gemeenteblad No. 651 van 1936, ware aan te
vullen, t.w.
bij een huurwaarde van f5,per week en daarboven,
f 0,60 per emmer en per jaar
bij een huurwaarde van f 4,— tot f5,— per week, f 0,40
per emmer en per jaar
bij een huurwaarde beneden f 4,per week, vrij voor wat
betreft het gebruik van één emmer, voor elke emmer meer
f 0,40 per jaar. Aldus vallen naar schatting een 5000-tal
bewoners buiten de heffing. Daar voor gestichten, kloosters,
ziekenhuizen en in het algemeen voor perceelen, genoemd
in art. 4 der wet op de personeele belasting, geen huur
waarde is vastgesteld en het toch aanbeveling verdient deze
perceelen in de heffing te betrekken, is in de wijzigingsver
ordening hiervoor een bedrag van f 0,60 per emmer en per
jaar opgenomen.
Tevens meenen wij van deze gelegenheid gebruik te moeten
maken om wijziging te brengen in de tarieven voor vanwege
de gemeente-reiniging verrichte werkzaamheden. Het is o.i.
billijk te achten, dat de in artt. 6 onder d en 8 onder a ge
regelde rechten van f 0,25 op f 0,20 per i/i uur worden
gebracht.
Ten slotte zij medegedeeld, dat sedert 1 Januari 1938 de
Gemeentewet voor de plaatselijke belastingen geen afzon
derlijke invorderingsverordening meer kent. De thans aan
de orde gestelde herziening van de onderhavige verordening
biedt een gereede aanleiding om deze aan de gewijzigde wets
bepalingen aan te passen.
Het vorenstaande samenvattend hebben wij de eer U, in
overeenstemming met het te dezer zake ingewonnen advies
van de commissie van bijstand in het beheer der gemeente
reiniging, voor te stellen te besluiten