ONTWERP'BESLUIT. De Raad der Gemeente Breda; Gezien het desbetreffend voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 11 Augustus 1938, No. 1/2478; Gelet op artikel 4 der Hinderwet; HEEFT BESLOTEN: Artikel 2 der bij zijn besluit d.d. 6 December 1934 vast gestelde verordening ingevolge artikel 4 der Hinderwet (Ge meenteblad No. 588) te wijzigen en aldus te doen luiden: Artikel 2. 1. Het is verboden binnen de gemeente darmenslijmerijen cn inrichtingen bestemd tot bewaring en verwerking van beenderen en/of hoornen op te richten, te hebben of te ge bruiken, elders dan op de terreinen gelegen aan en nabij het Kadijkje, kadastraal bekend gemeente Breda, Sectie D. nos. 570 t/m575 en 587 t/m 591 op de bij dit besluit behoo- rende kaart met een roode kleur aangegeven. Dit verbod geldt niet voor het oprichten, hebben of ge bruiken van een darmenslijmerij op het terrein van het open baar slachthuis, doch uitsluitend voor zoover deze is bestemd voor het bewaren en verwerken van darmen van het open baar slachthuis zelf afkomstig. 2. Het is verboden binnen de gemeente inrichtingen be stemd tot bewaring en verwerking van lompen op te richten, te hebben of te gebruiken elders dan op de terreinen nabij de Kolfbaanstraat, kadastraal bekend gemeente Breda, Sectie D. nos. 1230, 1851 en 2297, en nabij de Lange Gampelstraat, kadastraal bekend gemeente Breda Sectie A. nos. 7727 en 7587, op de bij dit besluit behoorende kaart in groene kleur aangegeven, en op de in het eerste lid van dit artikel ver melde terreinen. Aldus vastgesteld door den Raad der Gemeente Breda in zijn openbare vergadering van 1938. Voorzitter. Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1938 | | pagina 431