No. 223
2
drag, dat thans aan het schoolbestuur wordt uitgekeerd als
gebruiksvergoeding ex artikel 205 der L. O. Wet voor de
oude school aan de Catharinastraat (f 1.914,80). Deze
vergoeding komt n.l. te vervallen met ingang van den dag,
waarop het oude schoolgebouw niet meer overeenkomstig
zijn bestemming wordt gebruikt.
In de met het schoolbestuur te sluiten huurovereenkomst
zal voorts worden bepaald, dat de huurvergoeding zal ver
vallen met ingang van den dag, waarop het nieuw te stichten
schoolgebouw niet meer overeenkomstig zijn bestemming zal
worden gebruikt en dat elke wijziging van het bedrag der
vergoeding volgens art. 205 sub 2 zal worden geacht op de
huur van toepassing te zijn. Door deze bepalingen draagt
de Gemeente geen enkel risico en zullen de flnancieele ver
plichtingen ten opzichte van het nieuwe schoolgebouw de
zelfde blijven als met betrekking tot de oude school. Opdat
echter ook het schoolbestuur door den thans voorgestelden
vorm van medewerking niet tegenover de Gemeente in een
ongunstiger flnancieele positie zal komen te verkeeren dan
thans, zouden wij de op de oude school rustende schuld in
verband met een in de jaren 1922/23 plaats gehad heb
bende verbouwing der school welke schuld, overeenkom
stig het bepaalde in art. 205 sub 9, momenteel f 10.000,
bedraagt op de nieuwe school wenschen over te brengen
met dien verstande, dat het bepaalde in art. 205 sub 9 wordt
geacht op de nieuwe school van toepassing te zijn. Wij
stellen ons voor, een en ander met het schoolbestuur bij over
eenkomst vast te leggen.
Er is naar onze meening alle aanleiding, de medewerking
aan de schoolstichting in den hierboven geschetsten vorm
te verleenen. Voor inwilliging van het verzoek is naar ons
oordeel te meer reden nu deze, volgens den voorgestelden
vorm, van de Gemeente geen directe flnancieele offers vraagt.
Daar ook de Inspecteur van het Lager Onderwijs en de
bouwkundig inspecteur, wier adviezen hierbij gaan*), zich
met de hierboven aangegeven wijze van medewerking kunnen
vereenigen en de door het schoolbestuur overgelegde aan
vrage met de daarbij gevoegde stukken voldoen aan de door