No. 26.
2 -
loon )per jaar. Er is echter nog een bezwaar op te lossen.
De in artikel 7 en artikel 11 van de verordening, opgenomen
in Gemeenteblad No. 598 van 1935, genoemde vaste be
dragen zijn niet door 12 en 3 deelbaar. Deze bedragen dienen
dus gewijzigd te worden. Overwegende, dat het meerdere
werk en de daaraan gepaard gaande kosten geheel ten ge
rieve van de waterverbruikers worden gedaan, zouden wij
die bedragen als volgt willen zien vastgesteld:
Artikel 7: De jaarlijksche abonnementsprijs bedraagt:
a. voor een woning met één of twee vertrekken 4,20 per
jaar (maandbedrag 0,35);
b. voor een woning met drie vertrekken 7,20 per jaar
(maandbedrag 0,60);
c. voor een woning met vier vertrekken 9,per jaar
(maandbedrag 0,75);
d. voor een woning met meer dan vier vertrekken 10,20
per jaar (maandbedrag 0,85).
Artikel 11:
voor een meter met een doorgangswijdte
tot
15
mM.
1,05
(maandbedrag 0,35);
voor een meter met een doorgangswijdte
tot
20
mM.
1,50
(maandbedrag 0,50);
voor een meter met een doorgangswijdte
tot
25
mM.
2,10
(maandbedrag 0,70);
voor een meter met een doorgangswijdte
tot
30
mM.
2,70
(maandbedrag 0,90);
voor een meter met een doorgangswijdte
tot
40
mM.
4,20
(maandbedrag 1,30);
voor een meter met een doorgangswijdte
tot
50
mM.
8,10
(maandbedrag 2,70);
voor een meter met een doorgangswijdte tot 80 mM. 12,
(maandbedrag 4,
voor een meter met een doorgangswijdte tot 100 mM. 20,10
(maandbedrag 6,70)
en voor grootere afmetingen naar evenredigheid.
Aldus wordt in deze regeling tevens een vergoeding ge
vonden voor het meerdere werk en de meerdere kosten, ter
wijl zij o.i. volkomen beantwoordt aan den wensch, in het
Centraal Rapport uitgesproken.
