No. 235
235
BIJLAGEN 1938.
10 November 1938,
No. V/3396.
PR.7E-ADVIES op een bezwaar
schrift van Joh. van Etten tegen
zijn aanslag in de aanlegbelasting
over het dienstjaar 1938.
Aan den Gemeenteraad.
Naar aanleiding van inliggend bezwaarschrift van Joh.
van Etten tegen zijn aanslag in de aanlegbelasting over het
dienstjaar 1938 hebben wij de eer het volgende mede te
deelen.
De aanslag betreft het perceel Sectie D, No. 4620 langs
den Terheijdenscheweg en is, zooals voor alle langs dezen
weg gelegen eigendommen, berekend voor rioleering en
trottoir.
Daar het perceel van reclamant een breedte heeft van
7 M., bedraagt de aanslag 7 X f 0,40 (riool) en 7 X ƒ0,61
(trottoir) totaal 7,07.
Reclamant motiveert zijn bezwaar op het feit, dat zijn
stukje grond renteloos ligt en dat, in verband met het nog
onbebouwd zijn daarvan, geen gebruik wordt gemaakt van
het trottoir en de rioleering.
Aangezien de onderwerpelijke verordening op dezen grond
geen ontheffing kent, terwijl daarnaast niet valt te ontkennen,
dat reclamant's eigendom baat heeft bij het ter plaatse aan
wezige trottoir en riool en in deze baat vrij zeker de aan
leiding is gelegen van het voornemen tot het bebouwen
van het onderhavig perceel, hebben wij de eer U voor
te stellen afwijzend op het verzoek te beschikken.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
VAN SLOBBE, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.
Ligt ter visie in de Leeskamer.