2
No. 240.
gewijzigd blijven, behoudens dan dat de Bank hiervoor niet
meer dan 1J4 boven het promessedisconto van de Ned.
Bank mocht vragen, tegen vroeger 2 voor de geheele
creditsaldi zou de Bank een rente bepalen, los van het pro
messe-disconto der Nederlandsche Bank.
Het standpunt van de Bank was begrijpelijk, zoodat in
principe geen bezwaar tegen medewerking behoefde te be
staan. Minder begrijpelijk was echter, dat de Bank deze wij
zigingen reeds met 1 Januari a.s. wenschte te doen ingaan,
terwijl de overeenkomst tot 1 Juli loopt. Toen dezerzijds werd
opgemerkt, dat de wijzigingen beter in de volgende over
eenkomst konden worden aangebracht en tusschentijdsche
wijziging noch in de gewone lijn lag, noch noodzakelijk was,
zegde de Bank de credieten op, zoodat de gemeente daardoor
niet meer debet (en volgens het standpunt van de Bank ook
niet meer credit) zou kunnen staan.
Aangezien de gemeente moeilijk buiten een bank-crediet
kan en de Bank voor Ned. Gemeenten de daarvoor bij uitstek
geëigende instelling is, stellen wij U voor, in de wijzigingen
te berusten en haar te aanvaarden.
Bijgaande ontwerp-besluiten welke met uitzondering
van de renteclausule gelijkluidend zijn aan de vorige, zouden
daartoe kunnen worden vastgesteld.
Op de houding van de Bank in deze stellen wij ons voor,
in de algemeene vergadering van aandeelhouders terug te
komen.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
VAN SLOBBE, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.
Liggen ter visie in de Leeskamer.