No. 76 76 BIJLAGEN 1939. 19 April 1939, No. V/1288. Mededeelingen omtrent het rente percentage van een ten behoeve van de Algemeene Woningbouw- vereeniging voor Breda e,o. aan gegane geldleening. Aan den Gemeenteraad. Bij ons voorstel d.d. 24 Maart 1939, No. V/991 (Bijl. 1939 No. 64), tot verlaging der rente van de aan de N.V. Sportfondsenbad, alhier, verstrekte gelden werd door één Uwer leden de vraag gesteld, waarom de Algemeene Wo- ningbouwvereeniging, alhier, voor de aan haar verstrekte gelden Vs°/o meer rente moet betalen dan de Gemeente zelf voor de betreffende geldleening verschuldigd is. Te Uwer informatie laten wij hieronder in het kort het verloop van de rente dier geldleening en van de aan de Vereeniging in rekening gebrachte rente volgen. Ten behoeve van de aan de Alg. Woningbouwvereeniging verstrekte gelden werd in 1928 aangegaan een 41/2°/o geld leening tegen den koers 98 '/«"/o* Hierdoor is de reëele rente dezer leening gedurende den geheelen looptijd ongeveer 0, l°/o hooger. De leening werd per 1 Januari 1935 geconverteerd in een 41/8°/n leening; aan de Alg. Woningbouwvereeniging werd toen in rekening gebracht ruim 0,1 °/0 meer, n.l. 41/4% de Gemeente had immers ook de kosten der conversie. Per 1 Januari 1938 werd het restant dezer leening opnieuw ge converteerd en wel in een 3l/s°/0 leening hiervoor was 1 °/0 boete verschuldigd. De aan genoemde Vereeniging in rekening gebrachte rente is toen gesteld op 3 6/b%> hetgeen zeer billijk te noemen is, gezien het feit, dat de reëele rente door het hierboven vermelde disagio ongeveer 0,l°/o hooger is en de Gemeente bovendien de kosten der boete, ad 1 °/o, had te voldoen. Burgemeester en Wethouders van Breda; VAN SLOBBE, burgemeester, VAN WOENSEL, secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 215