No. 173 - 2 - aan het geven van lager onderwijs te stellen, zouden worden overschreden, waarom wij Uw College, in afwijking van het ter zake door den Inspecteur van het Lager Onderwijs uit gebrachte advies, hetwelk hierbij gaat in overweging geven, op grond van het bepaalde in art. 75 sub 2 der Lager Onderwijswet, afwijzend op het verzoek te beschikken. Een ontwerp-raadsbesluit gaat hierbij Wij meenen hieraan nog te moeten toevoegen, dat wij voor afwijzing van het verzoek te meer reden achten, nu het blijkbaar in de bedoeling van het schoolbestuur ligt om, door te beginnen met een uitbreiding van de leerstof voor een afdeeling van het 7e leerjaar met de u.l.o.-vakken, ge leidelijk te komen tot een achtste en negende leerjaar en zoodoende, zoodra aan de wettelijke bepalingen, wat het aantal leerlingen betreft, kan worden voldaan, tot officiëele stichting van een u.l.o.-school over te gaan. Wij achten het niet juist dat, nu de lager onderwijswet in de artikelen 72 e.v. bepaalde voorschriften geeft om te komen tot stichting van een u.l.o.-school, buiten dien weg om getracht wordt tot een zoodanige stichting te komen. Overigens wil het ons voorkomen, dat het voor een regel matige ontwikkeling van het u.l.o.-onderwijs, met name in de bestaande u.l.o.-Scholen, minder gewenscht moet worden geacht, indien aan meerdere scholen voor g.l.o. ge legenheid tot het volgen van u.l.o.-onderwijs wordt ge- gegeven. Dergelijke versnippering van u.l.o.-onderwijs in kleine schooltjes kan voor het u.l.o.-onderwijs moeilijk be vorderlijk zijn. Burgemeester en Wethouders van Breda; VAN SLOBBE, burgemeester. VAN WOENSEL, secretaris. Ligt ter visie in de Leeskamer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 452