No. 196
196
BIJLAGEN 1939.
26 Augustus 1939,
No. 1/2819.
VOORSTEL tot
Reglement van
gaderingen van
wijziging van het
Orde voor de ver
den Raad.
Aan den Gemeenteraad.
Het tweede lid van artikel 38 van het Reglement van
Orde voor de vergaderingen van Uwen Raad bepaalt o.m.
dat elk blad van het officieel exemplaar der raadsnotulen
door den voorzitter geparafeerd moet worden.
Aanvankelijk leek dit waarmerken van elk blad der notulen
mogelijk aanbevelenswaardig, thans kunnen wij het nut er
niet meer van inzien.
Ook indien de bladen niet geparafeerd worden, zal wel
steeds met zekerheid kunnen worden vastgesteld wat ter
vergadering is behandeld. Immers ook de U toegezonden
notulen missen b.v. niet alle bewijskracht.
Wij mogen U dan ook voorstellen den Burgemeester van
dit overbodig werk te ontlasten door artikel 38 aldus te
doen lezen
„Zijn de notulen goedgekeurd, dan wordt een exemplaar
door den voorzitter en den secretaris onderteekend en als
officieel exemplaar in het archief der gemeente bewaard."
Opgemerkt zij nog, dat de Reglementen van Orde van de
drie gemeenten, waar wij ten deze om inlichtingen verzochten
(Tilburg, Eindhoven en Utrecht) een bepaling, als het Bre-
dasche Reglement thans kent, niet bevatten.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
VAN SLOBBE, burgemeester.
VAN WOENSEL, secretaris.
