No. 213
4
BESLUIT:
1. te bekrachtigen de voornoemde besluiten van Burge
meester en Wethouders d.d. 24 Maart 1939 en de door
de besturen der op bijyaanden staat B. vermelde bijzondere
scholen werkelijk gemaakte kosten als bedoeld in art.
101, le lid der lager onderwijswet over de jaren 1934
t'm. 1937, 1935 t m. 1937 en 1936 t/m. 1937 in totaal
vast te stellen op de bedragen als vermeld in de kolom
men 12, 13 en 14 van den staat
2. voor de op den staat genoemde scholen de vergoeding
bedoeld in art. 101 der lager onderwijswet over het jaar
1937 vast te stellen op het bedrag als achter elke school
vermeld in kolom 4 van den staat
3. de vergoeding ex art. 101 der wet over de jaren 1934
t m. 1937, 1935 t/m. 1937 en 1936 t/m. 1937 voor de
schoolbesturen, wier werkelijk gemaakte kosten over ge
noemde jaren minder hebben bedragen dan die vergoe
ding, te verminderen tot het bedrag dier kosten en
derhalve te verminderen met het bedrag als achter den
naam der betrokken school vermeld in kolom 15 van
den staat
4. te bepalen, dat de eventueel teveel genoten vergoeding
in de gemeentekas dient te worden teruggestort.
Aldus vastgesteld door den Raad der gemeente
Breda in zijn openbare vergadering van
1939,
DE RAAD VOORNOEMD,
Voorzitter.
Secretaris.