No. 222 10 - heffing van de 52 verplichte overuren der agenten en of de mogelijkheid niet bestaat tot het instellen van een dienst commissie. Een lid vraagt, of aan de politie geen vergoeding gegeven kan worden voor het houden van speurhonden. 379. Enkele leden merken op, dat voor het onderhoud van 2 motorrijwielen een bedrag wordt uitgetrokken van 700, derhalve 350,per motor. Gemeend wordt, dat dit onder houdsbedrag zeer hoog is. Voorts blijkt de kleedingtoelage van 125,voor Hoofd inspecteur en 5 Inspecteurs p.p. en p.j. te bedragen en voor de agenten 100,p.p. en p.j. Indertijd heeft de bezuini gingsinspecteur er reeds op gewezen, dat deze toelage aan den hoogen kant is. Destijds heeft de Raadsvoorzitter toe gezegd, dat hieromtrent met den Commissaris van Politie overleg zou worden gepleegd. Gaarne zou vernomen worden, of dit overleg reeds heeft plaats gevonden en zoo ja, welk het resultaat daarvan is geweest. 387. Enkele leden merken op, dat zij zich met dezen post kunnen vereenigen, mits het gewapende gedeelte wordt op geheven en de burgerwacht wordt omgevormd in een burger hulp. Andere leden dringen aan op verhooging van het subsidie voor de Burgerwacht, omdat het huns inziens niet juist is, dat de Burgerwacht moet leven van bedelen bij particulieren. De Burgerwacht is zuiver gemeentezaak meent men en zij zouden willen voorstellen het subsidie met een paar duizend gulden te verhoogen. 390. Alle leden wijzen er op, dat bij verschillende branden, in den laatsten tijd voorgekomen in de concessiegebieden van Ginneken en de West Brabantsche Waterleiding Mij., ge brek aan water is geconstateerd, terwijl in een enkel geval bleek, dat de brandweer niet bekend was met de ligging der leidingen vanwaar de krachtigste watertoevoer te verkrijgen was. Zijn maatregelen genomen om dit euvel te verhelpen, in zonderheid met de „West Brabantsche"?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 582