No. 223
No. 223
BIJLAGEN 1939.
ANTWOORD van Burgemeester en
Wethouders op het Centraal Rap
port van het afdeelingsonderzoek
der bijbegrootingen en der gemeente-
begrooting 1940.
3 November 1939.
Algemeene beschouwingen.
Een lid heeft terecht opgemerkt, dat de teruggang van
het tekort op de begrooting 1940, ad 83.000,vergeleken
bij 1939, niet zoo groot zal zijn, nu, door de sedert het op
maken der begrooting ingetreden buitengewone omstandig
heden, tal van materialen en artikelen in prijs gestegen zijn.
Wij hebben dan ook zoo goed mogelijk doen nagaan, welken
invloed de momenteele prijsstijging op de oorspronkelijk ge
raamde bedragen heeft. De daaruit voortvloeiende hoogere
ramingen zijn verwerkt in een ontwerp-besluit tot wijziging
der begrooting No. 1, en bedragen 65.500,-, daarnaast
zijn enkele inkomstposten hooger geraamd met een totaal
bedrag van 4060,—, zoodat het geraamde tekort, groot
290.943,50, reeds tengevolge van de prijsstijgingen met
61.500,moet worden verhoogd. Bovendien moeten
nog enkele andere ramingen worden herzien; hiervoor moge
worden verwezen naar ons bovengenoemd voorstel tot wij
ziging der begrooting No. 1.
Ten aanzien van de ingediende plannen tot grenswijziging
zij erop gewezen, dat door ons College bij voortduring alles
in het werk is gesteld om tot de gewenschte uitbreiding der
gemeentegrenzen te komen. Binnen korten tijd kan een be
slissing van den Minister van Binnenlandsche Zaken worden
tegemoet gezien.
Wij zijn erkentelijk voor de in het centraal rapport tot
uiting gekomen instemming met het tot nu toe gevoerde
beleid.
Vanzelfsprekend zal van het in het verleden gevoerde
beleid niet worden afgeweken, omdat een voorzichtig beleid
in deze jaren de gemeente in de toekomst voor ernstige ont
wrichting der gemeente-financiën zal kunnen sparen. Dat de