No. 69 VOORSTEL tot wijziging van het 22 April 1940, Werkliedenreglement. BIJLAGEN 1940. No. V/1454. Aan den Gemeenteraad. Bij K.B. van 28 Februari 1.1., Staatsblad No. 343, is een wijziging aangebracht in het Rijksambtenarenreglement in zake bijbetaling van loon in geval van mobilisatie. Ten einde ter zake uniformiteit met de rijksregeling te ver krijgen, komt het ons zeer gewenscht voor om de bepalingen dienaangaande in het Werkliedenreglement daaraan aan te passen. In verband hiermede stellen wij U voor, artikel 34 van het Werkliedenreglement als volgt te wijzigen: Tusschen de woorden „geniet" en „gedurende" op den derden regel van het le lid van artikel 34 in te voegen de woorden „zoo hij gehuwd is". Het eerste lid aan te vullen met de navolgende bepaling: „Is hij ongehuwd, dan geniet hij gedurende dertig dagen „het volle aan zijn betrekking verbonden loon en daarna „hetgeen 70 ten honderd van dat loon meer bedraagt dan „zijn militaire belooning". Een nieuw tweede lid toe te voegen, luidende: „Ongehuwde eenige kostwinners worden voor de toepas sing van het eerste lid gelijkgesteld met gehuwden. Burge meester en Wethouders beslissen, of een ongehuwde als „eenige kostwinner beschouwd wordt." In verband hiermede wordt lid 2 3 en lid 3 4, ter wijl in het nieuwe derde lid de woorden: „Het eerste lid" moeten worden vervangen door: „Het bepaalde in het eerste en het tweede lid" en in lid 4 de eerste zin: „Het bepaalde in het tweede lid geldt niet" wordt: „Het bepaalde in het derde lid geldt niet". In verband met den getroffen overgangsmaatregel door het Rijk stellen wij U voor, voor de inwerkingtreding dezer be paling ook een overgangsmaatregel te treffen met dien ver stande, dat de verlaging der mobilisatievergoeding voor on-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 201