Burgemeester en Wethouders voor de inzameling van deze cadavers aangewezen, doen afleveren. Artikel 4. Hij, die dierlijke afvallen ter beschikking heeft, moet deze, onverminderd het bepaalde bij of krachtens de Vleesch- keuringswet, afzonderlijk en onvermengd met andere voor werpen of stoffen, zoo spoedig mogelijk deponeeren en afleveren of doen deponeeren en afleveren op de wijze, door Burgemeester en Wethouders daarvoor aangewezen. Artikel 5. Voor de opsporing van de bij het Afvallenbesluit 1940 I en het Afvallenbesluit 1940 II strafbaar gestelde feiten, worden, behalve de overigens daarmede belaste ambtenaren, aangewezen de directeur en de daartoe door Burgemeester en Wethouders aangewezen ambtenaren der Gemeentereiniging. Artikel 6. Deze verordening treedt in werking op 22 November 1940. Aldus vastgesteld door den Raad der gemeente Breda in zijn vergadering van 19 November 1940. DE RAAD VOORNOEMD; Voorzitter. Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 556