- 3 - No. 31 maar te doen drukken op de gronden, waarop zij zijn aan gelegd. De onderscheiden eigenaren zouden op die wijze immers in zeer ongelijke posities komen te verkeeren. De ordening van ieder plan toch brengt noodzakelijkerwijze een ruime schakee ring mede, zoodat evenredigheid in de behandeling van de verschillende eigendommen, nog afgezien van de moeilijk heden, waarvoor men ten deze veelal door de verdeeling van het grondbezit geplaatst wordt, op die wijze wel nimmer te- reikt zou worden. De gezamenlijke eigenaren zouden boven dien, indien aldus te werk werd gegaan, te zwaar worden be last. Zij zouden dan immers ook bekostigen die werken, welke weliswaar bij de verwezenlijking van het uitbreidingsplan tot stand komen, doch welke toch ten laste van of mede ten laste van de gemeente dienen te komen, omdat zij niet s'echts strekken ten nutte van de uitbreiding (groote recreatieoorden, snelverkeerswegen etc.). Er zal een instantie moeten zijn, die ten deze leiding geeft en over de middelen beschikt om een omslag door te voeren, welke een billijke verdeeling inhoudt van de lasten over den betrokken exploitant, de overige eigenaren en de gemeente. Vanzelfsprekend is de gemeente de eerst aangewezene om deze leiding in handen te nemen. Gelukkigerwijze beschikt zij ook over de hiervorenbedoelde middelen. Zonder haar medewerking is het bouwrijp maken van gronden n.l. niet mogelijk, omdat ingevolge de desbetreffende bepalingen van de bouwverordening slechts gebouwd mag worden aan die wegen, welke aan de gemeente in eigendom toebehooren of bij haar in beheer zijn. De gemeente heeft dus in zekeren zin zeggenschap over alle gronden, welke bouwrijp worden gemaakt en kan dan ook langs dien weg een billijke verdeeling van de productiekosten bewerkstelligen. De gemeente Breda heeft haar taak ten deze nimmer ver onachtzaamd en er haar bemoeiingen steeds op gericht de hiervoren geschetste gedachten in de door haar met de onder scheiden exploitanten gesloten exploitatieregelingen (de con tracten betreffende de overname van wegen of betreffende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 79