5 No. 31 behoorlijk geformuleerde verordening worden neergelegd. Tot deze conclusie voert ook nog een andere overweging. De materie, welke het hier geldt, houdt n.l. verband met het bepaalde in artikel 92a der Onteigeningswet, luidende: „Bij de bepaling van de waarde van grond als bouwgrond „wordt rekening gehouden met de in de gemeente geldende „regelen betreffende afstand van grond voor openbare ver keerswegen alsmede betreffende kosten van hetgeen noodig „is om grond voor bebouwing naar de plaatselijke voorschrif- „ten gereed te maken." De verwijzing in dit artikel naar de in de gemeente gel dende regelen doelt op ongeschreven, zoowel als op geschre ven regelen, doch het behoeft geen betoog, dat het zoowel voor de gemeente als voor de grondeigenaren van belang is, indien den rechter en den deskundigen voor de taxatie in dit opzicht duidelijke richtlijnen zijn getrokken. Ook met het oog op de toepassing van de onteigeningsparagraaf der Woning wet is het daarom geboden te achten, dat de gemeentebe sturen de hoofdbeginselen van de door hen te treffen exploi tatieregelingen nauwkeurig formuleeren, m.a.w. in een veror dening neerleggen. Om tot een voor de practijk hanteerbare regeling te komen, lijkt ons navolging van het door de gemeente Eindhoven ge geven voorbeeld aanbevelenswaard. De daar vastgestelde ver ordening is aan de eischen van de practijk getoetst en heeft er naar wij vernemen tot billijke uitkomsten geleid. Men gaat daar niet uit van de kosten van elk werk op zich dit zou tot een onheilzame differentiatie voeren doch deelt de kosten van alle in de uitbreiding begrepen wer ken in twee groepen in. Tot de eerste groep behooren de kosten van die werken, welke slechts ten nutte strekken van de gronden gelegen in den sector, waarbinnen zij zijn aangelegd (onder sector wordt hier verstaan een stadsgedeelte hetwelk door den aard der bij uitbreidingsplan gegeven bestemming als eenheid kan worden gezien.) Men denke hier niet slechts aan woonstraten van het normale type met rioleering enz., doch in het alge meen aan alles, wat noodig is om een harmonisch samenge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 81