No. 96 PR.®-AD VIES op een verzoek van de Afdeeling Breda van den Ned. Bond van hotel-» koffiehuis-, res taurant-houders en slijters, om vermindering van het vergunnings recht voor het jaar 1941—1942. Aan den Gemeenteraad. Naar aanleiding van bijgaand verzoek*) van de afdeeling Breda van den Nederlandschen Bond van hotel-, koffiehuis-, restaurant-houders en slijters, betreffende vermindering van het vergunningsrecht voor het dienstjaar 1941 1942, wegens rantsoeneering van gedistilleerd, hebben wij de eer U het volgende mede te deelen. Zooals U bekend is, wordt als grondslag voor de vast stelling van het vergunningsrecht voor een bepaald dienst jaar aangenomen het verbruik over het afgeloopen kalenderjaar. Voor het dienstjaar 1 Mei 1941 30 April 1942 diende dus als grondslag het verbruik over het kalenderjaar 1940. Het aannemen van een grondslag naar een toestand van een afgeloopen periode, hetwelk bij meer andere belastingen het geval is, kan soms voordeel, doch ook wel nadeel voor den belastingplichtige medebrengen. Inderdaad zal het thans voor eenige vergunninghouders een nadeel zijn, omdat zij van hun leveranciers niet meer dan 55% van den omzet over 1939 kunnen betrekken. Het nadeel lijkt echter grooter, dat het in werkelijkheid is. Van de 116 vergunninghouders betalen er 57 literaard de kleinste en minst draagkrachtige zaken het wettelijk vastgestelde minimum van f 40.—, waardoor zij niet voor vermindering in aanmerking kunnen komen. Het komt ons derhalve niet billijk voor om de helft van het aantal vergunninghouders een vermindering te verleenen, terwijl de andere helft, die door betaling van een voorge schreven minimum naar verhouding toch reeds zwaarder belast is, geen voordeel kan hebben. Ligt ter visie in de Leeskamer. BIJLAGEN 1941. 24 Mei 1941, No. V/5528

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1941 | | pagina 213