- 3 - No. 149. moeilijkheden ingevolge de Hinderwet kunnen rijzen, als de terreinen niet in de gemeente komen te liggen. Het exploi- teeren van andere terreinen zou bovendien slechts met groote kosten zijn te verwezenlijken. Overgaande tot de terreinen, gelegen aan den linkeroever van de Mark, kan worden opgemerkt, dat in het eerste plan van Gedeputeerde Staten, bij Breda werd gevoegd een gedeelte van Princenhage, loopend vanaf het Gallooysche Gat (Mark) ten noorden van de buurtschap Emer naar Gageldonk een gedeelte, dat eveneens op de ter visie liggende calque blauw gearceerd is aangegeven. Dit gedeelte wordt in het nieuwe plan buiten de grenswijziging gehouden. Ook deze verandering in de plannen ontmoet bezwaar en wel om de navolgende redenen lo. dit terrein sluit aan bij de bestaande Bredasche industrieterreinen en is bij voorkeur voor opneming van industrie aangewezen, te meer omdat de terreinen grenzende aan de Mark gezocht zullen zijn en Breda overigens ook na de voorgestelde grenswijzigingen niet overvloedig van gunstige terreinen is voorzien. 2o. er zijn plannen voor het normaliseeren van de Beneden- Mark, die deze rivier bevaarbaar zullen maken voor schepen tot 1000 ton, waardoor de aanleg van een groote haven noodzakelijk zal worden. De tweede haven, die tot nu toe aan den rechteroever op eigen gebied van Breda was geprojecteerd, zal aldaar mogelijk niet kunnen worden gehandhaafd. 3o. Breda heeft behoefte aan een terrein met een belangrijk oppervlak voor het stichten van een rioolwater- zuiverings-installatie, waarvoor de plannen in een vergevorderd stadium van voorbereiding zijn. Wel is het mogelijk, dat een geheel anderen opzet zal worden gevolgd, waarbij zoodanige reinigingsinstallatie achter wege kan blijven, doch de plannen daartoe zijn nog te vaag om te kunnen voorspellen, welke oplossing zal worden geprefereerd. Is de wijziging, die dezerzijds op den rechtermarkoever wordt voorgesteld, beslist noodzakelijk, de wijziging, die op

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1941 | | pagina 345