Behoort bij bijlagen 1941, No. 149. PROVINCIE NOORD-BRABANT. G. Nr. 429. IVe Afdeeling. Onderwerp t herziening gemeentelijke indeeling rond Breda. 's-HERTOGENBOSCH, den 9n Juli 1941. Bij onzen brief van 18 September 1940, G. nr. 446, hebben wij U een plan tot herziening der gemeentelijke indeeling rond Breda voorgelegd. De te onzer kennis gebrachte be schouwingen van de betrokken gemeenteraden, alsmede het nader overleg met den Secretaris-Generaal van het Depar tement van Binnenlandsche Zaken, gaven ons aanleiding tot een hernieuwd onderzoek. Wij hebben thans een nieuw plan opgesteld, waarover met genoemden Secretaris-Generaal overeenstemming is ver kregen. Dit plan omvat de volgende punten 1. de gemeente Princenhage wordt opgeheven. Het zuidelijke deel van haar gebied wordt bij Breda gevoegd, het noordelijke deel blijft als zelfstandige gemeente, onder den naam Beek, voortbestaan. De grens tusschen beide zal, van het westen uit gerekend, loopen langs den spoorweg RoosendaalBreda, tot waar deze den weg Princenhage—Beek snijdt, vandaar in noordoostelijke richting tot de bestaande grens Breda*Princenhage. 2. De gemeente Ginneken c.a. wordt opgeheven. Het grootste deel van haar gebied echter niet bevattende de kom van Ginneken, blijft als zelfstandige gemeente onder een nader te bepalen naam voortbestaan. De kom van Ginneken en een noordwestelijke strook wordt aan Breda toegevoegd. De grens tusschen beide gebieden loopt ongeveer als volgtbeginnend bij het punt waar de gemeenten Princenhage, Rijsbergen en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1941 | | pagina 347