No. 20
VOORSTEL tot vaststelling van het
bedrag, dat de gemeente Breda
bij overneming van de concessie
van de Waterleiding-Ginneken
in Breda zal moeten betalen voor
de leidingen met toebehooren.
Aan den Gemeenteraad.
Bij de beëindiging per 1 Januari j.l. van de concessie,
betreffende de levering van water door de gemeente Gin-
neken en Bavel in enkele gedeelten van Breda, welke ten
tijde, dat de concessie werd verleend (1921) tot het grond
gebied der gemeente Teteringen behoorden, heeft het water
leiding-bedrijf dezer gemeente van het Ginnekensche bedrijf
de geheele watervoorziening, voor zooverre deze nog Bredasch
grondgebied betrof, overgenomen.
De in deze gemeente gelegen buizen, geleidingen enz.
zullen in verband hiermede van het Ginnekensche Water
leidingbedrijf overgenomen moeten worden.
Op grond van de waardebepaling dezer buizen enz., welke
met het oog hierop van onzentwege heeft plaats gevonden,
wil ons overneming tegen een som van f 42.049,67 billijk
voorkomen, te weten
voor leidingen (voor zooverre niet geheel
afgeschreven)f 18.309,67
voor watermeters6.520,
voor dienstleidingen17.220,
Bij deze waardebepaling is een afschrijvingspercentage van
3 0 0 toegepast. Dit percentage is ook voor de leidingen enz.
van het Bredasche bedrijf gebruikelijk.
Wij mogen Uwen Raad mitsdien voorstellen, bedoelde
buizen en watermeters tegen voormeld bedrag van f 42.049,67
van de gemeente Ginneken en Bavel over te nemen. Een
ontwerp tot wijziging van de begrooting voor voormeld
bedrijf gaat in verband daarmede ter vaststelling hiernevens
BIJLAGEN 1941.
9 Januari 1941,
No. I 11945.
Ligt ter visie in de Leeskamer.
