No. 28 2 doch er zijn voor de Gemeente eenige voorwaarden aan verbonden, die overigens niet bezwaarlijk zijn. Deze luiden: 1. De Gemeente zal op het te verkrijgen terrein niet mogen bouwen. (Dit ligt ook niet in de bedoeling, aangezien de grond voor weg dient te worden bestemd). 2. De Gemeente zal een afscheiding maken tusschen het te verkrijgen perceel en de Gasthuisvelden. De kosten van deze afscheiding worden door Rijk en Gemeente ieder voor de helft gedragen. 3. De Gemeente zal het door haar afgestane terrein geëgaliseerd opleveren. 4. De Gemeente verbindt zich, haar medewerking te verleenen tot het onttrekken aan het openbaar verkeer van den weg, die midden door de terreinen van de artilleriekazerne van de Jan van Polanenkade naar de Fellenoordstraat loopt. (Deze weg is reeds afgesloten, doch slechts op militaire vordering. Zoodra de toe standen weer normaal zijn, zou de Gemeente het recht hebben herstel van den ouden toestand te eischen, aangezien de openbaarheid van dezen weg bij contract is vastgelegd. Van dit recht doet de Gemeente afstand. Na het totstandkomen van de doorbraak zal tegen definitieve afsluiting van den weg geen bezwaar zijn. Immers men kan dan van de Jan van Polanenkade via de doorbraak naar het Van CoothpleinFelle noordstraat komen). Wij stellen U voor, tot deze grondruiling te besluiten onder de hierboven genoemde voorwaarden, die in bijgaand ontwerp-besluit zijn verwerkt. Burgemeester en Wethouders van Breda- VAN SLOBBE, burgemeester, VAN WOENSEL, secretaris Ligt ter visie in de Leeskamer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1941 | | pagina 58