- 2 -
en met name van het in het arbeidsproces betrokken gedeelte
daarvan, onvoldoende aandacht wijden, is door ons een regeling
ontworpen, in den geest van die, welke de Bedrijfsgroep detail
handel ons aanbeval, Zij komt in groote lijnen hierop neer, dat
de levensmiddelenzaken gedurende de geheele week geopend
moeten zijn van 9 uur tot 12.30 uur en van 13.30 uur tot 18 uur
en dat de overige winkels worden verplicht geopend te zijn des
Maandags van 13.30 uur tot 18 uur en op de overige dagen -
als de levensmiddelenzaken van 9 uur tot 12.30 uur en van
13.30 uur tot 18 uur. Een algemeene uitzondering op deze re-
geldt slechts voor bepaalde winkels, die met het oog op het
verleenen door de winkeliers van een bij wettelijke regeling
bepaalden wekelijkschen rusttijd aan hun personeel, ingevolge de
Winkelsluitingsverordening 1942 gedurende een halven dag per
week gesloten moeten zijn, (des Maandagsmiddags de vleesch- en
vieeschwarenwinkels, des Dinsdagsmiddags de kapperszaken en des
Donderdagsmiddags de kruidenierszaken).
Deze ontwerp-regeling is door ons daarna weer aan de Bedrijfs
groep ter beoordeeling aangeboden, terwijl wij ook de Kamer van
Koophandel en Fabrieken en de Afdeelingsunie Breda van de
samenwerkende Organisaties van Handels- en Kantoorbedienden
in de gelegenheid hebben gesteld hun zienswijze omtrent de
gedachte regeling te geven.
Van deze organisaties had slechts de Kamer van Koophandel
en Fabrieken een bedenking. Zij acht een middagrust van slechts
een uur te kort en deed ons daarom het voorstel een dusdanige
regeling te bevorderen, dat de winkels van 12.30 tot 14 uur
mogen sluiten. Aangezien op die wijze echter al te zeer zou'1J||
worden afgeweken van den uitdrukkelijk te onzer kennis gebrachten
wensch van den Minister van Handel en Nijverheid om de winkels
tusschen 12 en 14 uur ten minste gedurende één uur geopend te
doen zijn en de belangen van het publiek zouden worden geschaad,
veroorloven wij ons U voor te stellen overeenkomstig bedoeld
ontwerp, dat hiernevens gaat, te besluiten.
De Commissie voor de Strafverordeningen kan zich met dit
voorstel vereenigen.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
VAN SLOBBE, burgemeester
VAN WOENSEL, secretaris.
Ligt ter visie in de Leeskamer,