No. 217
BIJLAGEN 1946.
VRAGEN van het raadslid R. Heer
inzake de huisvesting van de over-
bruggingsschool voor gerepatrieerde
kinderen.
11 November 1946.
No. V/20466.
Aan den Raad der gemeente Breda.
Van het raadslid, den heer R. Heer, zijn onderstaande vragen
aan ons college gesteld, met verzoek deze schriftelijk te willen
beantwoorden. U gelieve hierbij, onder iedere vraag, het antwoord
van ons college aan te treffen.
Vraag 1.
Is het juist, dat de overbruggingsschool van gerepatrieerde kin
deren gevestigd is in een ongeriefelijke zolderkamer, welke tot
nu toe niet verwarmd kon worden?
Antwoord.
Neen. De overbruggingsschool voor Indische kinderen is mo
menteel gevestigd in 2 klasselokalen van de Dr. de Visserschool
aan de Burg. Serrarislaan, terwijl ook de zolder van genoemde
school voor dit onderwijs ter beschikking is gesteld, waardoor kon
worden voldaan aan den wensch alle leerlingen in één gebouw
onder te brengen.
Uiteraard voldoet de zolder niet aan de aan een schoollokaal
te stellen eischen, doch klachten over de ongeriefelijkheid ervan
hebben ons nimmer bereikt. Door den dienst van openbare werken
is op den zolder een afscheiding aangebracht, terwijl tevens eenig
meubilair ter beschikking werd gesteld. Bovendien werden de
ruimten op den zolder van electrische verlichting voorzien. Voorts
hebben wij voornoemden dienst reeds den 19en October j.l. mach
tiging verleend, over te gaan tot uitbreiding en splitsing van de
bestaande gasverwarming en tot aankoop van 2 gasradiatoren.
Deze werkzaamheden naderen hun voltooiing, zoodat ook de zolder
binnenkort naar behooren zal kunnen worden verwarmd.
Vraag 2.
Is het juist, dat de vereeniging „Nederland Helpt Indië" de ge
meente verzocht heeft, lokalen voor daze overbruggingsschool be
schikbaar te stellen?
Antwoord.
Ja. De gemeente heeft dit verzoek ingewiligd door beschikbaar-
Burgemeester en Wethouders van Breda;
VAN SLOBBE, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.