No. 232
BIJLAGEN 1916.
2 December 1946.
No. V/21068.
VOORSTEL tot het verleerten vail een
crediet voor de bestrating van het
gedeelte Nieuwe Prinsenkade vóór
het kantoor der Gemeente-Lichtbe-
drijven.
Aan den Raad der gemeente Breda.
Reeds jaren geleden werd door de directie der Gemeente-
Lichtbedrijven den wensch geuit om de keibestrating in de Nieuwe
Prinsenkade vóór het kantoor dier bedrijven, te vervangen door
een minder lawaai veroorzakende bestrating.
Teneinde daaraan tegemoet te komen werd in het jaar 1941
een crediet van 2860,voor de betreffende verbetering toe
gestaan, waaraan door Gedeputeerde Staten der provincie Noord-
Brabant bij besluit van 3 Juni 1942, G. Nr. 877 goedkeuring werd
verleend.
De toen reeds krappe materialenpositie was echter oorzaak, dat
het voorgenomen plan niet kon worden uitgevoerd. Momenteel is
de aanvoer van klinkers wel zoodanig, dat het betrekkelijk geringe
kwantum, hetwelk voor het onderhavige werk noodig is, daarvoor
wel beschikbaar kan worden gesteld.
De noodzakelijkheid van het werk staat naar onze meening wel
vast. De bestrating ter plaatse is geleidelijk aan in zoo'n slechten
toestand geraakt, dat het lawaai door de passeerende voertuigen
veroorzaakt voor het werk op de kantoren zeer storend is.
Ook het hinderlijk schudden der gebouwen is als gevolg van
de steeds zwaarder wordende transporten, in vergelijking met
vroeger nog in groote mate toegenomen.
Zoo vertoont b.v. de ambtswoning van den Directeur scheuren
S in alle richtingen, de binten der vloeren zijn los, de ramen en deu
ren rammelen bij elk voorbijgaand voertuig, terwijl men elkaar
overdag moeilijk kan verstaan en het voeren van een telefoon
gesprek vaak onmogelijk is.
De kosten van deze verbetering worden thans, volgens de voor
U in de leeskamer ter visie geleerde beorooting, geraamd op
f 6.000,—.
De verhooging van de kosten t.o.v. de raming 1941 ad 2860,
is uiteraard alleen te verklaren uit de algemeene prijs- en loon
stijgingen.
Hoewel de uitgaaf voor dit werk vrij hoog is, meenen wij U
omwille van de verschillende belangen, welke daarmede worden
gediend, toch te mogen voorstellen tot uitvoering te besluiten en
een crediet van 6.000,daarvoor toe te staan. Wijl zulks eerst