i Ten aanzien van het verzoek om subsidie in de bibliotheek- kosten merken wij op, dat hierin door het. Rijk niet wordt bijge dragen. De thans aan de school aanwezige betrekkelijk kleine bibliotheek is. wegens het ontbreken van de daarvoor noodige geldmiddelen, tot nu toe niet aangevuld kunnen worden. Een goed ingerichte leeraren-bibliotheek is voor deze onderwijsinstelling evenwel noodzakelijk te achten, waarom het bestuur verzoekt, daar deze bibliotheek nog vrijwel geheel moet worden ingericht hiervoor jaarlijks een bedrag van f 400,— voor gemeentelijk sub sidie in aanmerking te brengen, welk bedrag na 5 jaar zou kunnen worden verlaagd tot f 250,— per jaar, waardoor een aan rede- lijk te stellen eischen bibliotheek zou kunnen worden ingericht en «bijgehouden. Wij zijn van oordeel, dat er aanleiding is, te rekenen van 1 Januari 1947 af, de hierbovenbedoelde ten deele of niet door het Rijk gesubsidieerde uitgaven voor gemeentelijk subsidie in aan merking te 'brengen, te meer nu de Gemeente uit hoofde van de posten sub a t/m c, bedoeld onder II. 1 van het subsidievoorwaar- denbesluit, in de toekomst vermoedelijk geen uitgaven meer zal hebben te doen. Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U in over weging te geven, te besluiten overeenkomstig het hierbijgaande ontwerp-besluit*). Burgemeester en Wethouders van Breda; VAN SLOBBE, burgemeester, VAN WOENSEL, Secretaris. - Ligt ter visie in de Leeskamer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 171