lijke vermogens. De school heeft hier een bredere taak dan alleen deze minder verstandelijke begaafdheid tot ontwikkeling te brengen. De taak van de buitengewoge school is hier een misvormde constitutie in behandeling nemen, waarbij de gehele gesteldheid moet worden gevormd en vervormd. De paedagoog heelt de mis maakte te vormen tot een zich behoorlijk gedragende mens en op te leiden tot de geschiktheid voor enig maatschappelijk werk of beroep. Om deze vorming zo doeltreffend mogelijk te maken, is een scheiding tussen imbecielen en debielen wenselijk. Opvoeding en onderwijs lopen hierbij uiteen. Het aantal debielen is in het al gemeen vijfmaal zo groot als het aantal imbecielen, zodat een splitsing alleen dan mogelijk is als het aantaKleerlingen niet te* klein isin het algemeen zijn kleine scholen minder wenselijk. In verband met het feit, dat de St. Janschool noodzakelijk uit gebreid moet worden, vond in het vorige jaar te Breda' een bij eenkomst plaats ter bespreking van eventuele plannen tot reorga nisatie van het b.l.o. Tot deze bijeenkomst werden uitgenodigd alle besturen van gemeenten, waaruit leerlingen de St. Janschool bezoeken, alsmede de heer Prof. Dr. I. G. van Houte, inspecteur van het b.l.o. In deze vergadering werd tenslotte een commissie benoemd, welke tot taak verkreeg verschillende vraagpunten te bestuderen en eventuele reorganisatieplannen voor te bereiden. Deze commissie, waarin Breda uiteraard vertegenwoordigd was, heeft diverse malen vergaderd en daarbij een dankbaar gebruik gemaakt van de adviezen van de heer Prof. van Houte. Voormelde commissie heeft als haar oordeel uitgesproken, dat regionale samenwerking ten aanzien van het b.l.o. zonder twijfel voorkeur verdient. Een onderzoek heeft aangetoond, dat het aantal jongens, hetwelk voor toelating tot zulk een school in aanmerking komt in de eerste jaren wel van die aard zal zijn, dat met één school kan worden volstaan. Indien men echter rekening houdt met het te verwachten^» bevolkingsaccrès in deze agglomeratie alsook met de oorlogs- I omstandigheden, welke het aantal zwakzinnigen ongunstig bein- vloedden dan rijst de vraag of één centrale school in de naaste toekomst niet zulk een omvang zal verkregen kunnen hebben, dat deze moeilijk hanteerbaar en te beheren is. De commissie van voorbereiding kwam daartoe tot de over tuiging, dat aan een decentralisatie van scholenbouw de voorkeur moet worden gegeven. Men meende, dat de bouw van een nieuwe school ten Noord-Oosten van Breda n.l. in de gemeente Oos terhout wenselijk is. Voor de overige gemeenten van het rayon zou be bestaande St. Janschool moeten worden uitgebreid of een nieuw gebouw moeten worden geplaatst, waarbij de mogelijkheid

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 302