dan een welkome aanvulling bij het herstellen of herleggen van de blijvende keibestratingen. De tegenwoordige klinkers zijn een zeer goed bestratingsmate riaal en in het bijzonder de klinkerkei geeft een duurzaam en aan de moderne verkeerseischen voldoend wegdek. Voor sommige in het plan 1947 opgenomen straten is de vol ledige vervanging van de bestrating voorgesteld, ook al is de be strating nog niet geheel versleten. Deze straten hebben verhardingen van ouderwetsche dunne klinkers, welke minder geschikt zijn voor zwaarder of drukker verkeer, terwijl het uitkomende materiaal zeer goed emplooi kan vinden als aanvulling in minder drukke straten. Het geheele plan omvat ruwweg het maken van 21.000m nieuwe bestrating en het herleggen van 30.000m2 bestrating. Een globale schatting leert, dat hiermede een bedrag van ruim f 300.0C0,— gemoeid zal zijn. Deze kosten kunnen eerst nauwkeuriger geraamd worden wanneer de plannen nader uitgewerkt zijn en bekend is hoeveel bijkomend werk aan grondverzet, trottoir- en riool-her stellingen noodig zal zijn. Het geraamd bedrag mag dan ook alleen worden gebruikt als richtsnoer bij het bepalen van de gedachten, terwijl daaraan niet de waarde van een goede schatting mag worden toegekend. De uitvoering van het plan zal successievelijk aan de orde worden gesteld, wanneer de detailplannen zijn uitgewerkt, waarbij van geval tot geval zal worden bezien of al dan niet kapitaalscre- dieten noodig zijn. Het komt ons echter juist voor Uwen Raad thans reeds van de terzake bestaande plannen in kennis te stellen en U te verzoe ken hieraan reeds thans in beginsel Uwe goedkeuring te hechten. De Bouwcommissie gaat accoord met de voorgestelde plannen. Als dan kan tegelijktijdig met het opmaken der definitieve plannen worden begonnen met aanvragen der veel tijd vergende vergun ningen en goedkeuringen en met het aanschaffen van de grootje hoeveelheid benoodigd materiaal. Immers moet rekening gehouden worden met de nog beperkte capaciteit van de steenfabrieken en de groote materiaalbehoefte van groote lichamen als de Rijks- en Provinciale Waterstaat, de groote gemeenten enz. Het is dus noodzakelijk, dat zoo vlug mo gelijk tot aankoop of althans tot reserveering der klinkers wordt overgegaan. Resumeerende hebben wij de eer Uwen Raad te verzoeken een begifiselbesluit in bovenbedoelden zin te willen nemen. Burgemeester en Wethouders van Breda; VAN SLOBBE, Burgemeester. VAN WOENSEL, Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 30