II. Uitbreiding van de aanspraak op kindertoeslag tot alle minderjarige schoolgaande kinderen. Ingevolge de Kinderbijslagwet, hebben de personen op wie deze wet van toepassing is, doch welke wet niet geldt voor de ambtenaren en werklieden in vaste dienst dezer gemeente, tevens aanspraak op Kindertoeslag voor kinderen van 18, 19 en 20 jaar, die het dagonderwijs volgen aan een inrichting voor algemeen vormend of vakonderwijs. Zij, die menen hierop aanspraak te kunnen maken, dienen daartoe een verklaring van het hoofd van de inrichting van onderwijs, waarvan het kind onderwijs ontvangt, ov?\ te leggen. w Deze, aan de kinderbijslagwet aangepaste regeling, wordt voor rijkspersoneel reeds toegepast vanaf 1 Januari 1947. Het komt ons gewenst voor, dat de onder 1 en II vermelde maatregelen m.ï.v. 1 Januari 1947 van toepassing worden verklaard t.b.v. het gemeentepersoneel, voor het welk de A.S.V. 1942 of de loonregeling voor de vaste en voorlopig aangestelde werklieden geldt. Wij stellen U derhalve voor Art. 8 van de A.S.V. 1942 en Art. 3 van de loonregeling van de werklieden in boven staande zin te wijzigen. De commissies voor Georganiseerd Overleg kunnen zich daarmee verenigen. Concept raads-besluit tot wijziging van de A.S.V. 1942 en van de loonregeling voor de vaste en voorlopig aan gestelde werklieden liggen ter inzage op de leeskamer. Burgemeester en Wethouders van Bred? j VAN SLOBBE, burgemeester. WALENKAMP, loco-secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 396