III. Wijziging van de begroting 1947, nodig in verband met de onder I en II genoemde besluiten. 'nstandhot de T.B, 2 Gelet op het lagere rentepercentage menen wij echter, dat in deze extrakosten geen bezwaar tegen de conversie behoeft te worden gezien. Wij hebben mitsdien de eer Uwe Raad voor te stellen te besluiten tot: I. het aangaan van een geldlening, groot f 2.000.000,—, op te nemen omstreeks 31 December a.s., tegen een rente van 3 met een looptijd van 20 jaren; buitengewone aflossing van de bovengenoemde 37j geldlening met de Postchèque- en Girodienst per 31 December a.s. Burgemeester en Wethouders van Breda. VAN SLOBBE, burgemeester. VAN WOENSEL. secretaris. toevoegde dat hij tureel terr heeft help genoemd het soci

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 448