No. 56
BIJLAGEN 1948.
PRAE-ADVIES op een schrijven van
Gedeputeerde Staten inzake verho
ging straatbelasting en hondenbelas
ting.
10 Februari 1948
No. V/ 982.
Aan de Raad der gemeente Breda.
Bij raadsbesluit van 15 April 1947 (30e begrotingswijziging 1947)
werd het tekort op de gewone dienst v. d. gemeentebegroting 1947
teruggebracht tot 494.367,79.
Door een hogere uitkering per inwoner uit het gemeentefonds
kan het geraamde tekort worden teruggebracht tot ongeveer
Wil de gemeente aanspraak kunnen doen gelden op een uitkering
uit de He afdeling van het gemeentefonds in dit geraamde tekort,
dan zal alsnog moeten worden overgegaan tot verhoging van de
tarieven der straatbelastinq en hondenbelasting over het belasting
jaar 1947.
De straatbelasting, welke thans 4J/! van de kadastrale op
brengst der gebouwde eigendommen bedraagt, zou dan moeten
worden verhoogd tot 6voor de gebouwde en 3 voor de on
gebouwde eigendommen. Voor de hondenbelasting is door de
Minister van Binnenlandse Zaken als minimum-tarief geëist 10.
voor luxe honden en 2,50 voor bedrijfs- en waakhonden. Het
huidige tarief bedraagt fespectievelijk 7,50 en 5.
De rijksbijdrage wordt uiteindelijk verleend in het werkelijk tekort
van de dienst 1947 en hoewel omtrent de uitkomsten van de gewone
dienst thans nog niets met zekerheid kan worden gezegd, mag wel
worden aangenomen, dat het werkelijk tekort ver beneden de raming
zal blijven en er waarschijnlijk geen tekort zal zijn. In dit geval is
er dus ook geen rijksbijdrage te verwachten en zou een verhoging
der voornoemde belastingen onnodig zijn.
Bovendien moeten in verband met het wetsontwerp tot herziening
van de financiële verhouding tussen het rijk en de gemeenten nog
voorschriften komen met betrekking tot de te heffen gemeentelijke
belastingen. Eerst indien deze voorschriften bekend zijn -en de
gevolgen van de herziening der financiële verhouding met betrek
king tot de begroting 1948 te overzien zijn, kan worden overwogen
of verhoging der straatbelasting en hondenbelasting noodzakelijk is.
Wij stellen U mitsdien voor genoemde belastingen voor 1947
niet te verhogen en voor het jaar 1948 de beslissing hieromtrent
aan te houden, totdat over definitieve gegevens kan worden be
schikt.
160.000.—.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
CLAUDIUS PRINSEN, Burgemeester,
VAN WOENSEL, Secretaris.