No 61 BIJLAGEN 1948. VOORSTEL «tot verhoging van de subsidies aan de Openbare leeszalen en bibliotheken over de jaren 1946, 1947 en 1948. 10 Februari 1948 No. V/2436. Aan de Raad der gemeente Breda. Het gemeentelijk subsidie aan de Openbare leeszalen en biblio theken houdt, zoals Uwe Raad bekend verband met het Rijks subsidie aan die instellingen en met de in de Rijkssubsidievoor waarden bepaalde locaal-minima. Het locaal-minimum is namelijk het bedrag, dat door gemeente en provincie tesamen aan subsidie gegeven moet worden, wil de betreffende instelling voor Rijkssubsidie in aanmerking komen. Met ingang van 1 Januari 1946 is als compensatie voor de salarisverbetering aan het personeel der leeszalen het Rijkssubsidie aanmerkelijk verhoogd, met als gevolg een evenredige verhoging van de locaal-minima. Aan de provinciale- en gemeentebesturen is verzocht deze subsidieverhoging ook te willen toepassen, hetgeen 1 overigens met het oog op de bovenaangehaalde voorwaarde toch zal moeten gebeuren. De provincie doet ingevolge een onlangs door Provinciale Staten genomen besluit de verhoging eveneens op 1 Januari 1946 ingaan, terwijl Gedeputeerde Staten ons hebben doen weten, dat zij bereid zijn aan de credieten voor de verhoging van het gemeentelijk subsidie over de jaren 1946 en 1947 hun goedkeuring te verlenen. Wij menen derhalve, dat ook de gemeente tot verhoging van het onderhavige subsidie, waartoe inmiddels van de Besturen der betrokken instellingen verzoeken zijn ingekomen, moet overgaan. Te dien einde doen wij U hierbij toekomen een becijfering van de nieuwe subsidiebedragen, waarin tevens zijn opgenomen de nog uit te keren bedragen alsmede die, waarmede de betreffende begrotingsposten dienen te worden verhoogd. Het is evenwel niet mogelijk in de begroting 1946 nog wijziging te brengen, zodat het in de bedoeling ligt de voor dat jaar te suppleren bedragen ten laste van de post „Achterstallige uitgaven" van de dienst 1947 te verantwoorden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 125