1 den aangemerkt als „bezettingsschade", welke schade de bijzon dere lagere scholen vergoed kunnen krijgen via art. 72 der lager onderwijswet. Aangezien het evenwel niet mogelijk bleek nog uit te maken, welk gedeelte der leermiddelen als normaal versleten en welk gedeelte als „bezettingsschade" moet worden beschouwd, en aangenomen kan worden, dat het grootste gedeelte der slijtage reeds van voor de bezetting dateert, ontmoet het dezerzijds geen bezwaar, de sub d. genoemde post geheel als onderhoudskosten te verantwoorden. De kosten voor de aanschaffing van leerboeken ten behoeve der invoering van nieuwe leermethoden (posten a., b. en c. tot een totaal bedrag van 440,—) dienen evenwel als kapitaalsuitgave te worden verantwoord. Wij stellen U derhalve in verband met bovenstaande voor, ten behoeve der lagere school Viandenlaan een crediet toe te staan van (rekening houdend met eventuele prijsschommelingen) rond 1400,waarvan 500,ten laste van de kapitaaldienst en 900,- ten laste van de gewone dienst zal worden gebracht. Een ontwerp-besluit tot wijziging der begroting gaat ter vast stelling hierbij. J) Burgemeester en Wethouders van Breda CLAUDIUS PRINSEN, Burgemeester. VAN WOENSEL, Secretaris. Ligt ter visie in de leeskamer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 160