BIJLAGEN 1948.
No. 92
noet evenwel
;elfde woning
'inancierings-
re zekerheid,
de uitkering
k zou kunnen
»r onmogelijk
ering ineens
nslechts zij
eid, die parti-
d der Finan-
iw, en andere
iden formali-
ons daarom
aak er in zal
personen te
derhalve met
dig is ge-
lypotheek en
over te gaan
nde besluiten
potheekbank,
ls bedoeld in
r beheersver-
lemene voor-
Ie hypothe-
e toelichting
rs van Breda
urgemeester.
iris.
2 April 1948.
No. V/2552.
PRAE-ABVIES op een verzoek van
het bestuur van de Bijzondere
meisjesschool voor voortgezet
lager onderwijs aan de Haver
manstraat om medewerking ex
art. 72 der L.O.wet 1920.
Aan de Raad der gemeente Breda.
I
Van het Bestuur van de bijzondere meisjesschool voor voort
gezet gewoon lager onderwijs aan de Havermanstraat 4 is een
tot Uw College gericht verzoekschrift ingekomen volgens art. 72
der lager onderwijswet 1920 om medewerking te willen verlenen
voor uitbreiding van genoemde school.
Het onderwijs in deze school wordt thans gegeven in twee
lokalen van de lagere school Havermanstraat 4 en in twee lokalen
van het patronaat, hetwelk eigendom is van het schoolbestuur.
Deze laatste lokalen zijn door de Hoofdinspecteur van het L.O.
afgekeurd, omdat ze niet aan de daaraan gestelde eisen van licht
e.d. voldoen. Voorts is een nieuw lokaal nodig voor huishoud-
onderwijs, terwijl voor de lessen in knippen en handenarbeid een
groot lokaal nodig is. Door het benutten van de beschikbare
zolderruimte kunnen de nieuwe voor het v.g.l.o. onderwijs geschikte
lokalen tot stand komen, welke lokalen gebruikt zullen worden in
plaats van de twee lokalen in het patronaat. De Inspecteur als
mede de Bouwkundig Hoofdinspecteur van het L.O. kunnen zich,
behoudens enkele aan te brengen versoberingen, met het inge
diende en hierbijgaande plan verenigen.
Voor de verbouwing van de zolderruimte tot drie lokalen zal
door het schoolbestuur worden zorg gedragen, waarna de ingebruik
te nemen localiteiten tegen een nader overeen te komen door de
gemeente te betalen huurvergoeding ter beschikking van het
schoolbestuur kunnen worden gesteld.
Ook de inspecteur van het lager onderwijs kan zich met deze
wijze van medewerking verenigen, zodat wij Uw College voor
stellen in principe de gevraagde medewerking te verlenen en op
grond van het bepaalde in art. 77, sub. 2 der lager onderwijswet