No. 100
BIJLAGEN 1948.
VOORSTEL tot vaststelling van de
bezoldiging van de Directeur
van het Woningnoodbureau.
25 Maart 1948
No. VI/2860.
Aan de Raad der gemeente Breda.
In de vergadering van Uw College van 15 October 1947 werd
besloten de Heer P. J. Cruysen over het tijdvak 25 Augustus
1947—25 Februari 1948 voor zijn leidinggevende functie bij het
Woningnoodbureau, boven zijn gewone salaris, een tijdelijke toe
lage te verlenen naar rato van een bedrag van f 1000,per jaar.
Aan het einde van genoemde periode, wanneer een oordeel
gevormd kon worden over de wijze, waarop de Heer Cruysen
zijn werkzaamheden bij het Woningnoodbureau verrichtte, zouden
wij nader op deze kwestie terugkomen.
Nu gebleken is, dat genoemde ambtenaar de hem opgedragen
werkzaamheden naar redelijk daaraan te stellen eisen verricht,
achten wij het gewenst, dat hem een vaste toelage boven zijn
bezoldiging als commies le klasse ter secretarie wordt verleend.
Het komt ons voor, dat een bedrag ter grootte van f 1150,
s jaars in overeenstemming is met de bijzondere aard en omvang
van het werk.
Aangezien het een vaste toelage betreft, komt deze in aan
merking voor de verhogingen als bedoeld in de Koninklijke
Besluiten Stbl. no's G. 13 en G. 362. Na de z.g. incorporatie van
die verhogingen ontstaat een vaste toelage van f 1500,— per jaar.
Naar aanleiding van het vorenstaande stellen wij U voor de
heer Cruysen vanaf 25 Februari 1948 in verband met de bijzon
dere aard en omvang van zijn werkzaamheden bij het Woning
noodbureau bovenzijn bezoldiging als commies le klasse ter
gemeente-secretarie een vaste toelage te verlenen naar rato van
een bedrag van f 1150,— 's-jaars.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
CLAUDIUS PRINSEN, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.