No. 139
PR/E-ADVIES op een tweetal be
schikkingen van de Commissaris
van de Koningin betreffende af
wikkeling grenswijzigingsbe
schikking.
Aan de Raad der gemeente Breda.
Blijkens bijgaande beschikkingen van de Commissaris der
Koningin in deze provincie d.d. 8 October 1947, A no. 9766 en
9767 1), is deze gemeente op grond van artikel 17 der grenswij
zigingsbeschikking aan de gemeenten Beek N.B. en Nieuw-Gin-
neken een uitkering in contanten verschuldigd van respectievelijk
f 27.600,— en f 17.000,— verhoogd met een rente van 3 per
jaar vanaf 1 Januari 1942.
Deze uitkering geschiedt wegens de overgang van de rechten,
lasten, verplichtingen en bezittingen der voormalige gemeenten
Princenhage en Ginneken c.a., met sanctionnering van de te dezer
zake door de gemeenten Breda, Beek N.B. en Nieuw-Ginneken
reeds overeengekomen verrekeningen.
Alvorens de bovenbedoelde beschikkingen te Uwer kennis te
krengen, hebben wij aan de Commissaris der Koningin nog enkele
inlichtingen gevraagd. Bij schrijven van 5 April 1948, A, no. 10201,
deelde deze mede, dat de vastgestelde verrekeningsbedragen voor
al de betrokken partijen bevredigend kunnen worden geacht en
dat de betaling hiervan voor onze gemeente geen ernstige finan
ciële bezwaren zal opleveren.
Nu de uit de grenswijzigingsbeschikking voortvloeiende kwesties
door volledige overeenstemming tussen de betrokken gemeente
besturen zijn geregeld, hebben wij gemeend tegen de betaling der
voorgestelde verrekeningsbedragen geen bezwaar te moeten maken
en doet het ons genoegen Uw College er mede in kennis te
stellen, dat de overgelegde beslissingen van de Commissaris der
Koningin het sluitstuk vormen van de grenswijziging.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
CLAUDIUS PRINSEN, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.
Liggen ter visie in de Leeskamer.
BIJLAGEN 1948.
30 April 1948
No. V/5108