No. 163
VOORSTEL tot het aanvragen van
voorschotten uit 's Rijks kas en
het daaruit verstrekken van
tweede hypothecaire geldlenin
gen op voet van de financie
ringsregeling woningbouw 1947.
Aan de Raad der gemeente Breda.
Zoals U uit ons voorstel tot oprichting der gemeentelijke
hypotheekbank (bijlagen 1948 no. 91) is gebleken laat het Rijk
de financiering van de woningbouw door particulieren, althans
voorlopig, over aan die particulieren. Voor de eerste 10, of ten
hoogste 15 jaar kan weliswaar een jaarlijkse bijdrage worden
toegekend, maar het aantrekken van het nodige kapitaal verzorgt
het Rijk thans niet, althans voor zover het betreft de gelden,
welke onder le hypothecair crediet kunnen worden verkregen.
Het Rijk heeft in de Financieringsregeling Woningbouw 1947
wel een regeling neergelegd, welke het mogelijk maakt 2e hypo
thecaire geldleningen uit 's Rijks kas te verstrekken tot ten hoogste
15 der stichtingskosten, uiteraard op grond van de overweging
dat zelfs een le hypotheek van 70 in vele gevallen gezien
de zeer hoge stichtingskosten niet voldoende zal zijn om de
particuliere bouwer het bouwen mogelijk te maken.
Deze 2e hypothecaire geldleningen worden echter niet door
het Rijk rechtstreeks aan de bouwers verstrekt, maar via de
gemeente, welke daartoe voorschotten uit 's Rijkskas kan verkrijgen
(zie de artikelen 16 en volgende der Financieringsregeling Woning
bouw 1947, welke hierbij is gevoegd Een eventueel verlies op
deze voorschotten wordt door het Rijk en de gemeente gedragen
in de verhouding 9—1. De gemeente draagt derhalve 10 van
het risico.
Wij bieden U hierbij ter vaststelling aan 2 ontwerp-besluiten,
strekkende tot het aanvragen van voorschotten uit 's Rijks kas en
het met die voorschotten verstrekken van 2e hypothecaire geld-
BIJLAGEN 1948.
V/5768
Liggen ter visie in de Leeskamer.
