No. 215
BIJLAGEN 1948.
23 September 1948
V/9302
VOORSTEL van B. en W. tot het
beschikbaarstellen van een crediet
van f 3000, voor de aanschaffing
van een jeep voor het slachthuis.
Aan de Raad der gemeente Breda.
Gedurende het seizoen der huisslachtingen vanaf October
1947 tot April 1948 werd voor het eerst gebruik gemaakt van
mechanisch vervoer. In dat tijdvak werd door vijf keurmeesters
een aantal van 8705 varkens, 35 schapen en 26 geiten gekeurd,
hetgeen aan baten ruim f 29000,opbracht. De keuringen zijn
tot volle tevredenheid van de daarbij betrokkenen verlopen, terwijl
van landbouwerszijde vooral op prijs werd gesteld, dat de keuringen
zowel voor als na het slachten op dezelfde dag geschiedden. Ook
van de zijde der hoofdinspectie van de volksgezondheid is de voor
uitstrevendheid van de vleeskeuringsdienst op hoge prijs gesteld
en aan andere gemeenten ten voorbeeld gesteld, omdat hierdoor
niet alleen het tempo voor het onder keuring brengen van het
gehele land wordt versneld, doch ook de keuring ter plaatse ten
goede komt.
Hoewel dus de dienst zoveel mogelijk met jeeps werd uit
gevoerd, moest toch nog van een motorrijwiel worden gebruik
gemaakt. Het is echter noodzakelijk dat in plaats van de motor
nog een jeep wordt aangeschaft, omdat de jeeps bewezen hebben
hebben absoluut betrouwbaar te zijn en op de meest onbegaanbare
wegen kunnen worden gebruikt onder alle weersomstandigheden.
Vooral bij sneeuwval en gladheid der wegen is een jeep te verkiezen
boven een motorrijwiel, omdat dit voor de berijder levensgevaarlijk
is. Bovendien kan in een jeep het afgekeurde vlees door de keur
meester worden meegenomen, zodat het later niet afzonderlijk
behoeft te worden opgehaald, want begraving ervan ter plaatse
moet vermeden worden.
Door de aanschaffing van een jeep zal thans elke keurmeester
over een eigen jeep beschikken, waarvoor hij dan de volledige
verantwoording krijgt, wat betreft het economisch gebruik, hetgeen
de onderhoudskosten tot een minimum zal beperken.
Daar het zich laat aanzien dat de vleesdistributie in 1949
een einde zal nemen, zullen ook de bedrijfsslachtingen in de buitenge
meenten wederom ter plaatse gekeurd moeten worden, hetgeen
door dezelfde keurmeesters kan geschieden, die de huisslachtingen
beuren.