No. 232 BIJLAGEN 1948. VOORSTEL van B. en W. tot het benoemen van leden en plaats vervangende leden van de Com missie van Advies ex artikel 8 der Woonruimte wet 1947. 2 October 1948 1/14761 Aan de Raad der gemeente Breda. Ingevolge het bepaalde in artikel 8 der Woonruimtewet 1947 moet de Commissie van advies jaarlijks worden benoemd. Overeenkomstig de richtlijnen van de Minister van Binnen landse Zaken moet deze Commissie bestaan uit minstens vijf leden, al of niet lid van de gemeenteraad, doch ingezetene van de gemeente. Zo mogelijk moeten in de Commissie zitting hebben twee personen, die representatief zijn voor de huiseigenaren en voor de hypotheekhouders; voor het overige dient bij de keuze in de eerste plaats te worden gelet op technische ervaring en sociale deskundigheid op woninggebied en op kennis en ervaring in sociale aangelegenheden in het algemeen. Het vorig jaar werden U voor deze benoeming een vijftal tweetallen (telkens een lid en een plaatsvervangend lid) voorge dragen, die overeenkomstig deze voordracht door U zijn benoemd. Dit had echter tot bezwaar, dat de Commissie van oordeel was, dat ieder lid slechts door zijn eigen plaatsvervanger kon worden vervangen. De practijk wijst uit, dat dit tot onvoltalligheid der Commissie kan leiden, hetgeen niet gewenst is. Om dit te ondervangen stellen wij U thans voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden te benoemen. Bij vervanging is het dan nog wel wenselijk maar niet nood zakelijk om van een invaller dezelfde maatschappelijke positie te 1. de Heer L. M. Kramer, Directeur Zuidelijke en West- landse Hypotheekbank, Baronielaan 44, 2. de Heer C. A. H. van Swol, Valkenierslaan 140, 3. de Heer H. J. Rijnaarts, Havermarkt 7, eisen. Tot lid ware te benoemen:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 483