No. 193
BIJLAGEN 1949.
VOORSTEE van Burgemeester en
Wethouders tot het benoemen van
een adjunct-directeur der gemeen
telijke ambachtsschool en der avond
school voor ambachtslieden.
3 Augustus 1949
V/10026
Aan de Raad der gemeente Breda.
In Uwe vergadering van 16 Maart 1949 besloot U aan de heer
A. A. Bakkeren, op diens verzoek eervol ontslag te verlenen als
leraar en adjunct-directeur der gem. ambachtsschool en der avond
school voor ambachtslieden. Ter voorziening in de vacature van
leraar, deden wij U bereids een voordracht toekomen. Ten aan
zien van de voorziening in de vacature van adjunct-directeur delen
wij U mede, dat de Commissie van Toezicht op het Gem. Nijver
heidsonderwijs zich heeft beraden over de desbetreffende voordracht.
Blijkens de over enige leraren der school gehouden stemming
verkreeg de heer L. J. de Jonge, leraar automontage en autotechniek,
6 van de uitgebrachte 8 stemmen. De heer de Jonge is 52 jaar
oud, en sinds 1 April 1929 aan de school verbonden.
Wij sluiten ons gaarne aan bij het voorstel der Commissie van
Toezicht en adviseren U mitsdien ingaande 1 September 1949 de
heer L. J. de Jonge te benoemen tot adjunct-directeur der gem.
ambachtsschool en der avondschool voor ambachtslieden.
De Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen kan
zich met deze voordracht verenigen.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
CLAUDIUS PRINSEN, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.