Voor de bij de stichting aangesloten winkeliers bestaat het grote voordeel van het instituut hierin dat zij van vele moeilijk heden aan het afbetalingssysteem verbonden, verlost worden. Uit concurrentie overwegingen zijn zij, die de duurdere gebruiks goederen verkopen, toch veelal gedwongen aan hun afnemers afbetalingscrediet te verlenen. Wel staan voor hen verschillende wegen open die hen behulp zaam kunnen zijn bij de informatie naar de credietwaardigheid van credietvragers, de incasso der afbetalingstermijnen enz., doch dit gaat met grote kosten gepaard terwijl de financiering van deze credietverstrekking te hunnen laste blijft hetgeen, vooral tegenwoordig, tot grote moeilijkheden aanleiding kan geven. Door aansluiting bij het instituut worden zij van deze moeilijk heden gevrijwaard doordat zij voor de volle prijs der aangekochte goederen contant worden betaald en geen bemoeiingen meer hebben met de afbetaling en de informatie over personen. Zij bereiken dit door storting van een bijdrage aan het instituut, afhankelijk van de grootte van hun omzet via het instituut, uit welke gezamenlijke bijdragen en de van credietnemers te heffen risicopremie, naar verwacht wordt, genoegzame inkomsten zullen kunnen worden verkregen voor de dekking van eventuele verliezen van de volkscredietbank, uit wanbetaling van de betreffende cre dietnemers voortvloeiend. Van het standpunt der kleinhandelaren gezien is het instituut dus mede een onderling borgstellingsfonds (gezamenlijk dragen zij de verliezen uit het afbetalingscrediet voortvloeiend). Dat deze verliezen trouwens gering kunnen blijven heeft de practijk van de volkscredietbank(en) hier ter plaatse en elders in de loop der jaren bewezenhet bereikt over het gehele land niet eens 1 van de verstrekte credieten. Zoals reeds eerder vermeld zullen de aangesloten detailhande laren niet anders dan via het financieringsinstituut op afbetaling mogen verkopen terwijl het hen ook niet geoorloofd zal zijn op enige wijze reclame te maken voor betaling op crediet. Dit staat niet in de statuten doch zal onder de voorwaarden, waarop de deelnemers tot de stichting worden toegelaten, worden opgenomen. Ten aanzien van de door de volkscredietbank te verstrekken credieten kunnen wij U thans reeds zeggen dat voor deze crediet verstrekking minstens gelijke bepalingen zullen gelden als voor die, welke rechtstreeks door de volkscredietbank worden gegeven. Het verkrijgen van crediet wordt dus niet gemakkelijker gemaakt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 679