No. 37
BIJLAGEN 1949.
VOORSTEL van Burgemeester en
Wethouders betreffende de aanleg
van drie tennisbanen bij „Het Ei".
15 Februari 1949
1/2167.
Aan de Raad der gemeente Breda.
ïn de vergadering van 14 Januari 1948 besloot Uw Raad om de
zweminrichting „het Ei", gelegen in het van Sonsbeeckpark, te
verhuren aan de heer K. L. van Brink, alhier. Tevens werd aan
hem een strook grond in huur gegeven, groot 18 X 72 1296 m2,
gelegen bij de ingang van het zwembad en grenzende aan het
N.A.C.-terrein, teneinde hierop een tweetal tennisbanen aan te
leggen en te exploiteren.
Deze verhuring werd in één besluit vastgelegd, waarin voor
beide objecten dezelfde looptijd werd aangenomen, n.l. 10 jaren,
te rekenen van 1 Maart 1948 af, dit omdat het niet wenselijk is
om de exploitatie van het zwembad op een ander tijdstip te doen
eindigen dan die van de tennisbanen.
Er blijkt thans nog steeds behoefte te bestaan aan een aantal
tennisbanen ter plaatse. De mogelijkheden van de aanleg hiervan
zijn door de heer van Brink en ons uitvoerig nagegaan, waarbij
wij tot de conclusie zijn gekomen, dat nog drie banen kunnen wor
den geprojecteerd. Twee hiervan sluiten zich aan bij het bestaande
tweetal, terwijl de derde gedacht is tussen de huizen aan de
ïrenestraat en de gemeentelijke kosteloze zweminrichting.
De heer van Brink, die hiertoe het initiatief heeft genomen, is,
indien de hiervoor benodigde grond aan hem wordt verhuurd
tegen dezelfde prijs als de bovenbedoelde, t.w. 0.10 per m2 per
jaar, bereid de aanleg en de exploitatie op zich te nemen. Voor
de benodigde 1.944 m2 grond zou de huurprijs 194.40 per jaar
De kosten van het in orde maken van de drie nieuwe tennis
banen worden bij de meest sobere uitvoering geraamd op
13.500,in totaal.
Gezien het hoge bedrag dat hiermede gemoeid is, heeft de huur
der verzocht hem hierbij medewerking te verlenen door deze som
aan hem als geldlening te willen verstrekken onder redelijke voor
waarden.
Na onderhandelingen bleek de heer van Brink bereid te zijn
met de gemeente een annuïteitslening aan te gaan tegen 2%
en met een looptijd van 12 jaren; aanvankelijk was door hem een
langere looptijd voorgesteld, hetgeen ons echter niet gewenst
voorkwam.
bedragen.