GEMEENTE BREDA
Bijlagen 1950
No. 411
24 November 1950
V/16916
Antwoord van Burgemeester en Wethouders op
het Centraal Rapport van het afdelingsondersoek
der gemeentebegroting voor het dienstjaar 1951,
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Algemene beschouwingen.
Het streven naar een. regelmatige en tijdige afdoening van zaken trach
ten wij steeds in alle takken van gemeentedienst te bevorderen.ook al wordt
daardoor een extra inspanning van het personeel gevraagd.Daarom zijn wij
erkentelijk voor de woorden van waardering,welke door het merendeel der le
den worden gericht tot ons college en het personeel.
Zoals reeds in de nota van aanbieding werd uiteengezet,kon deze begro
ting slechts sluiténd worden gemaakt door een hogere raming van de algemene
uitkering ingevolge de financiële verhouding tussen het rijk en de gemeenten
en van de ondernemingsbelasting.Daarbij werd erop gewezen,dat de dienst
1951 ongeveer ƒ.417.000.-meer aan gewone middelen nodig heeft dan die van
1950,zodat er van enige reservering geen sprake kan zijn.Dat er overigens
door ons college zo zuinig mogelijk is geraamd,moge U blijken uit de vele
uitgetrokken bedragen,waarbij wel met enige toeneming werd rekening gehou
den,doch niet in die mate,waarin de prijzen,vergeleken bij vorige jaren,
zijn gestegen.
Inderdaad worden in de loop van het begrotingsjaar dikwijls belangrijke
uitgaven voorgesteld,doch daarbij wordt nimmer uit het oog verloren,dat
eerst door ons werd nagegaan of hiervoor de nodige dekking aanwezig was,,Dit
was tot heden altijd het geval,cmdat op de oorspronkelijke bedrijfsbegro-
tingen bij de afschrijvingen reeds rekening was gehouden met de nodige ka
pitaalsinvesteringen en ten aanzien van de algemene dienst geput kon worden
uit het bedrag,geraamd op hoofdstuk XV voor rente en aflossing van kapitaals
uitgaven, waarvoor in de loop van het begrotingsjaar credieten worden verleend.
Er zal echter voor het komende jaar een grotere zelfbeperking moeten werden
opgelegd,omdat noch de bedoelde raming voor investeringen,ncoh die voor
onvoorziene uitgaven voldoende zullen zijn om aan allerlei wensen tegemoet
te kunnen komen.
Voor de voorstellen tot reorganisatie der brandweer zijn de middelen
uiteindelijk aangewezen(99e begrotingswijziging 1950),doch de door ons
voorgestelde verhoging der straatbelasting was ook bedoeld als dekkingsmid
del voor andere uitgaven,welke op die begrotingswijziging geraamd waren.Het
ligt in ons voornemen deze verhoging nog voor te stellen,omc.at zij mede
nodig is voor dekking van andere uitgaven van de dienst 1951.
Aan de raming van .100.000.-wegens rente en aflossing voor niruwe
SOOO-'SO