GEMEENTE BREDA
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
W W _1> I --X.O J- w
Bijlagen 1950
No,227
24 Juli 1950 V/4754
Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een
verzcek van het Bestuur der bijzondere school
voor voortgezet lager onderwijs aan de Havermans
straat no, 4 om vergoeding van de belonrng der
aan de school verbonden vakonderwijzer?sLn het
vak u (vrouwelijke handwerken)
x
In bijgaand adres verzoekt het bestuur der bijzondere school voor voortge
zet lager onderwijs aan de Haagse Markt 3, alhier, vergoeding te mogen ontvangen
in verband met de aanstelling van een vakonderwijzeres ten behoeve van het vak
u (vrouwelijke handwerken).
Blijkens het tevens hierbijgaande advies van de Inspecteur van het lager
Onderwijs is dit verzoek voor inwilliging vatbaar. Geen der aanwezige verplichte
leerkrachten is in het bezit van de bevoegdheid voor het onderhavige leervak, dat
tot de verplichte ener v.g.l.o.-school behoort.
Uit nader overleg met het schoolbestuur blijkt, dat de vergoeding, waarop
het verzoek betrekking heeft, gewenst wordt vanaf 1 Januari 1950. Het bedrag der-
vergoeding is eerst vast te stellen na afloop van het kalenderjaar, als het school
"bi s
bestuur de in het 6e lid van art. 101 der lager onderwijswet vereiste betalings
stukken heeft overgelegd.
Het is evenwel duidelijk, dat het schoolbestuur hier bedoelt een voorschot
te ontvangen, waardoor het principe der vergoeding zou worden erkend. Uw College
is n.l. vrij de vergoeding geheel of gedeeltelijk af te wijzen, indien de kosten
naar Uw oordeel zonder noodzaak zijn gemaakt, of hoger zijn dan noodzakelijk is.
Gezien het advies van de Inspecteur van het lager onderwijs is er geen aanleiding
deze noodzaak reeds thans in twijfel te trekken,
In verband met het vorenstaande mogen wij U adviseren aan voornoemd school
bestuur een voorschot toe te kennen op de vergoeding ingevolge art.lOlbis, 6e lid,
der lager Onderwijswet 1920, berekend naar 9 wekelijkse lesuren van 60 minuten en
de minimum-wedde, hetgeen uitkomt op een bedrag van ƒ.846.-. Als voorwaarde ware