GEMEENTE BREDA
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Bijlagen 1950
no.241
21 Juli 1950 1/9205.
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
toekenning van een schadeloosstelling aan de
Wed.van Gils- de Craen wegens voortijdige uit
de pachtneming van een gedeelte vapïiet door
haar gepachte land.
Bij besluit van Uw College d.d.14 September 1948,goedgekeurd door Gedeputeer
de Staten dezer provincie bij hun besluit d.d.23 Maart 1949 G.no.5109 werden van
het Burgerlijk Armbestuur onder meerdere aangekocht de percelen kad.bekend gemeente
Princenhage,Sectie I.no.181,groot 1.01.10 h.a.no.2738,groot 0.33.20 ha. en No.
2379,groot 0.46.30 h.a.gelegen aan de Oranjeboomstraat en de Graaf Engelbertlaan.
Deze gronden waren verpacht aan de Wed.van Gils-de Craen en wel voor de tijd
van zes jaren ingaande 11 November 1946 en derhalve eindigende op 10 November 1952,
tegen een jaarlijkse pachtprijs van f.152.50.
Ten behoeve van de bouw van een R.K.lagere school moest onmiddellijk worden
beschikt over een gedeelte van het perceel no.181,groot ong.0.65.00 ha.Het is de
bedoeling dat de lessen in deze school in October a.s.zullen aanvangen.
Wij hebben getracht met de Wed.van Gil^óvereenstemming te bereiken over de
beëindiging der pachtovereenkomst nopens dit perceelsgedeelte en de daarvoor uit
te keren schadevergoeding.
Hiertoe hebben wij haar aangeboden een ander groter perceel van tenminste
gelijkwaardige grond en wel het perceel kad.bekend gemeente Princenhage Sectie E.no,
2028 groot 0.89.20 ha.gelegen aan de Graaf Engelbertlaan tegen een jaarlijkse
pachtprijs van f.75.- per ha.tot 10 November 1952,met daarnaast een schadeloosstel
ling van f.1500.- voor het gemis van een gedeelte van de oogst 1950.Voorts zou de
Wed.van Gils het resterende gedeelte van het perceel kosteloos kunnen blijven gebrui
ken tot het tijdstip dat de gemeente dit nodig zou hebben.
De pachtster wenste dit aanbod niet te accepteren doch vroeg aanvankelijk
een vergoeding van f.4500.-,welk bedrag bij haar laatste brief werd verlaagd tot
f.3560.-.
Bij
15000-S'So