GEMEENTE BREDA l/llo63 Voorstel van Burgemeester en Wethouders betreffende de Commissie voor het Onderwijs AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Bij besluit van Uw College d.d. 16 Februari 1950 werd vastgesteld een verordening regelende de samenstelling en werkkring van de vaste Commissie voor het Onderwijs. Gedeputeerde Staten hebben tegen deze verordening het bezwaar dat het stelsel van de gemeentewet zich niet verdraagt met een Commissie van Bijstand voor het Onderwijs. Gedeputeerde Staten zijn van mening, dat Burgemeester en Wethouders ten aanzien van het onderwijs geen zelfstandige taak hebben voor zover de Rijkswetgever deze materie regelde is er geen sprake van huishouding der gemeentej voor zover de Rijkswetgever deze materie niet regelde is er evenmin een zelfstandige taak van Burgemeester en Wethouders, omdat dan de Raad bevoegd is. Voorgesteld wordt nu in te stellen een Commissie van voorbereiding. De taakomschrijving is aangepast aan de bewoordingen van artikel 60,lid 1 van de Gemeentewet, Voor het overige is de tekst van de thans voorgestelde verordening gelijkluidend met die van het besluit van 16 Februari 1950 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN BREDA Claudius Prinsen burgemeester van Woensel secretaris No,286 30 Augustus 1950 '50

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 893