GEMEENTE BREDA s°-297 AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. 21 September 1950 1/13391 Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van een partieel uit breidingsplan in onderdelen "Cimburga- laan" met de daarbij behorende bebou wing svoor schriften. Reeds enige tijd geleden meldden zich gegadigden voor woningbouw in het bestaande uitbreidingsplan Boeimeer en wel in de sector langs de rivier de Mark vanaf de Baronielaan en omslDteiv. door een gedeelte van de Graaf Engel- bertlaan. In het geldende plan waren langs de lark aan één zijde bebouwde wegen geprojecteerd,welke zeer oneconomisch zijn en zich uiteraard niet meer verdragen met de eis,welke thans gesteld wordt van een zo economisch mogelijke opzet van uitbreidingsplannen. Ook stedebouwkundig moet een andere opzet van de bebouwing van dit gebied gezocht worden,daar in het huidige plan de ruimte van de Mark-oevers sterk worden beperkt en alleen attractief is voor de aangrenzende bebouwing. Teneinde te voorkomen,dat eventuele aanvragen om een bouwvergun ning verleend zouden moeten worden volgens het oude plan,nadat de termijn --an één jaar,gedurende welke het z.g. voorbereidingsbesluit ingevolge art.36,lid 4, der Woningwet gelding heeftverstreken is,hebben wij voor het betrokken gebied een gewijzigd uitbreidingsplan doen concipiëren,dat wij het partiële uitbrei dingsplan "Cimburgalaan" hebben genoemd,Bij dit plan is gestreefd naar een op los sing, waarbij de ruimte van de Markoevers tussen de geprojecteerde bouwstroken doordringt en daarmede één geheel vormt. Een ontwerp van het plan met de daarbij behorende bebouwingsvoor schriften. heeft gedurende vier weken ter gemeente-secretarie ter visie gelegen. Gedurende deze termijn is een bezwaarschrift ingediend door N.J.van Niekerk 3» 0 Wij leggen dit bezwaarschrift voor Uwe leden ter visie op de leeskamer. Naar de inhoud daarvan mogen wij kortheidshalve verwijzen. Betreffende de daarin naar voren gebrachte bezwaren merken wij het volgende op De bezwaren van adressanten zijn gegrond op het feit,dat hen,toen hen,vooruitlopende op het te wijzigen uitbreidingsplan,een bouwvergunning werd verleend,een schets is getoond van het plan,zoals dit door de stedebouwkundige adviseurs van de gemeente voor genoemd gebied werd gedacht.Dat deze schets slechts een relatieve waarde had,behoeft o.i. geen betoog. Dat deze schets later gewijzigd werd tot de vorm,zoals deze thans aan U werd voorgelegd,vindt zijn oorzaak in een stedebouwkundig betere uitwer king van het plan en de verhoging van de exploitatie-mogelijkheid. -Het- 10.000-'!

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 947