ONTtWEH. dat elk extra bouwvolume,dat in de loop van een jaar aan de gemeente toevalt, slechts door de gemeente te realiseren is,zodat het een grote vraag is of het bij de extra financiering van deze 126 woningen zal blijven. Te Uwer volledige oriëntatie laten wij hieronder nog enige gegevens volgen: In de periode 1945 t/m 1950 zijn in Breda gereed gekomen 1551 woningen, waarvan 1394 arbeiderswoningen 90en 157 middenstandswoningen (l0$, Op 23 Januari 1951 waren in aanbouw 623 woningen,waarvan 516 arbeiderswo ningen (83$) en 107 middenstandswoningen (17 In totaal zijn dus gebouwd of in aanbouw 2174 woningen,waarvan 1910 arbei derswoningen (88$) en 264 middenstandswoningen (l2$). In 1951 zullen moeten worden aanbesteed 731 woningen.Voorgesteld wordt hier van te bouwen 300 arbeiderswoningen (41$) en 431 middenstandswoningen (59$). Indien de voorgestelde verdeling van 1951 kan worden uitgevoerd zullen op 1 Januari 1952 gebouwd of in aanbouw zijn 2905 woningen,waarvan 2210 arbeiderswo ningen (7 6$) en 695 middenstandswoningen (24$), Hierboven is aangenomen,dat alle door de Gemeente of door bouwverenigingen gebouwde woningen arbeiderswoningen zijn,terwijl alle door particulieren gebouwde woningen arbeiderswoningen zijn,terwijl alle door particulieren gebouwde woningen als middenstandswoningen werdengerekend. Geheel juist is dit niet,doch de afwijkingen zullen onbelangrijk zijn en vallen gedeeltelijk tegen elkaar weg. De thans in aanbouw zijnde en in 1951 in aanbouw komende 816 arbeiderswo ningen zullen wel nagenoeg alle ter vrije beschikking van het Woningnoodbureau zijn. Van de thans in aanbouw zijnde en in 1951 in aanbouw komende 540 middenstands woningen zullen er ongeveer 450 (na aftrek voor de militairen) ter verdeling over blijven,Tenminste 182 daarvan (de flats van Eijkelenburg en Korteweg e.a.) zullen als huurwoning dus ter verdeling door het Woningnoodbureau in aanmerking komen. De overigen zullen theoretisch onder Uw besluit van vorig jaar met betrekking tot het vrijgeven van beschikking over particuliere woningbouw kunnen vallen.In de praktijk zal dit echter,gezien de restricties,die Uw Raad aan zijn besluit verbon den heeft,wel tot een geheel ander aantal leiden. Resumerende menen wij Uw Raad te moeten voorstellen mede op grond van de grote financieringsmoeilijkheden het gemeentelijk contingent 1951 te bepalen op 300 en het particuliere qp 431 woningen.Deze reden spreekt te sterker aangezien nog niet bekend is hoe de helft van het extra bouwvolume ad 200 woningen voor de His- pano Suiza zal dienen gefinancierd te worden. Burgemeester en Wethouders van B r e da; De Secretaris, De^Burgemeester,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 101