GEMEENTE BREDA rtAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA Volgno» 44 der agenda Bijlagen 1951 No. 349 5 September 1951 Vl/l4494 Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vaststellen van een instructie voor de Directeur van het Gemeentelijk Vervoerbedrijf De instructie voor de Directeur van het Gemeentelijk Vervoerbedrijf werd laatstelijk vastgeste3-d bij besluit van de Burgemeester van 1 December 1952 x-, ingevolge artikel 3 van de Verordening no.l52/l941 van de Rijkscommissaris voo- het bezette Nederlandse Gebied waarnemende de taak van de Raad. Deze instructie is-daar zij niet voordien door Uw raad opnieuw is vastge steld-als bezettingsregeling komen te vervallen met ingang van 1 December 1950. Een voorstel tot het opnieuw vaststellen werd achterwege gelaten,omdat her ziening der instructie -na de toen nog in voorbereiding zijnde wijziging van de taak van de Gemeentelijke Reinigings-en Onsmettingsdienst(thans Gemeentelijk Vervoerbedrijf)-nodig zou zijn. Bijgevoegd doen wij Uwe Raad ter vaststelling toekomen het ontwerp van oen nieuwe Instructie van genoemde Directeur,waarover de Commissie van overleg voor ambtenarenaangclegenheden is gehoord. Wij merken ..hierbij op, dat in de ontwerp-instructie van do Commandant van de Brandweer x'ten aanzien van de verhouding en taakverdeling tussen deze en dc Directeur van het Vervoerbedrijf bepalingen zijn opgenomen,welke corresponderen A aan de artikelen 5,letter k,en 7 van do ontwerp-instructie van genoemde Direc teur. De vaststelling van de instructie voor de Commandant van de Brandweer be hoort te geschieden door de Burgemeester,daar bij doze ingevolge het Tijdelijke Brandweerbesluit de benoemingsbevoegdheid berust. Wij merken naar aanleiding van deze ontwerp-instructies nog op,dat de ver houding tussen het Hoofd Bescherming Burgerbevolking en enige gemeentelijke func tionarissen nader dient te worden geregeld.De organisatie van de burgerlijke ver dediging lijkt ons echter nog niet ver genoeg te zijn gevorderd om hiermede in deze instructies reeds rekening te houden.Zulks dient bovendien in een breder verband dan de instructies voor twee functionarissen te worden bezien Burgemeester en Wethouders van Breda; Claudius Prinsen burgemeester x) Ligt ter visie in de leeskamer. van Woensel secretaris

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 1127